De Participatiemaatschapppij Vlaanderen (PMV) trekt 250 miljoen euro bijkomend krediet uit om kleine bedrijven te helpen in de coronacrisis. De nadruk ligt op startups en scale-ups, met als aantekening dat ze voldoende levensvatbaarheid moeten tonen.
De Vlaamse overheid heeft al een reeks instrumenten aangewend om bedrijven door de crisis te loodsen, maar er kwamen steeds meer signalen uit de markt dat er ook financiële buffers op middellange termijn gecreëerd moesten worden. Dat moet bijvoorbeeld startups en scale-ups helpen die veel geld nodig hebben voor onderzoek en ontwikkeling maar niet langer op risicokapitaal kunnen rekenen. Vaak komen kleine bedrijven die tijdelijk een slechte rendabiliteit hebben, ook niet in aanmerking voor overbruggingskredieten van banken (die daarvoor nu op overheidsgaranties beroep kunnen doen).
Volgens PMV zijn achtergestelde leningen op een termijn van drie jaar daarvoor de aangewezen methode. De termijn van drie jaar biedt een voldoende lange periode om de omzet en kasstroom weer op peil te krijgen en om investeerders en financiers voldoende risico-appetijt te geven. Omdat het achtergestelde leningen zijn, kunnen banken bovenop nog extra bankfinanciering verschaffen, eventueel gedekt met de nodige waarborgen.
De maatregel staat alleen open voor kleine en middelgrote ondernemingen. ‘De focus ligt op start-ups en scale-ups die belangrijk zijn voor de toekomst van onze economie en nood hebben aan een versterking van hun eigen vermogen. Grotere ondernemingen hebben meer slagkracht om gebruik te maken van de andere beschikbare stelsels, bijvoorbeeld op federaal niveau of de Gigarant-waarborgen’, zo schrijft PMV in een persbericht.
Bedrijven die voor de crisis al problemen hadden, worden eveneens uitgesloten. De maatregel is enkel bedoeld voor gezonde ondernemingen. Zo komen bijvoorbeeld enkel bedrijven in aanmerking die op korte termijn hun effectieve tewerkstelling op minimum tachtig procent van hun personeelsbestand brengen of hun personeelsbestand behouden dat aan het werk is. ‘Zo worden vooral bedrijven ondersteund die in deze omstandigheden actief blijven of op zeer korte termijn opnieuw actief kunnen worden’, klinkt het.