In deze rubriek een greep uit de stroom aan berichten over artificial intelligence (ai).
Top 100
Creatieve apps domineren de top 100 van generatieve-ai-apps gericht op consumenten. Opvallend is het hoge aantal nieuwkomers op deze lijst die investeerder Andreessen Horowitz over juli publiceerde. Vergeleken met de vorige lijst van maart is bijna een derde een nieuwkomer. Er werd een lijst van de vijftig populairste ‘ai-first’-web-producten (naar unieke maandelijkse bezoekers) en een lijst van de vijftig meest gebruikte ‘ai-first’-mobiele apps (naar aantal actieve gebruikers per maand) samengesteld. Bij de weblijst waren de meeste tools voor ‘content generation’ gericht op stilstaand beeld. In de afgelopen zes maanden rukten vooral apps op, die andere content genereren zoals video (Luma, Viggle en Vidnoz) en muziek (Udo). De kwaliteit van dit soort apps is het laatste jaar sterk verbeterd.
ChatGPT voert met grote afstand deze lijst aan, gevolgd door Character.ai (creatie en interactie met digitale persoonlijkheden), Perplexity (ai-vraagbaak), Claude (concurrent van ChatGPT), Suno (muziek maken), Janitor.ai (chatbots op maat), Quillbot (schrijfhulp), Poe (interactie met meerdere ai-modellen), Liner (meer betrouwbare zoekresultaten) en Civitai (community voor ai-ontwikkelaars). De muziekgenerator Sunor maakte de grootste sprong. Interessante stijgers zijn de zoekmachine Perplexity en Anthropics Claude.
Bij de mobiele ai-apps vormt content-bewerking voor afbeeldingen en video de grootste categorie. Gebruikers leuken kennelijk graag een foto of andere content op hun telefoon op. Veel binnenkomers komen van klassieke toolmakers zoals Meitu, Snow en Adobe Express. ChatGPT staat ook in deze categorie onbedreigd vooraan. Daarna komen Microsoft Edge, Photomath (wiskunde-hulp), Nova (chatbot), Bing (zoekmachine), Remini (foto’s verbeteren), Chat & Ask AI (interactie met ai-assistent), Brainly (huiswerkhulp), Meitu (foto- en videobewerking) en Character.ai (digitale persoonlijkheden).
In veel gevallen is het verkeer op het Discord-platform een indicator voor apps die hoger op de web- en mobiele ranglijst komen, met name bij het genereren van content. Sommige apps worden eerst op Discord gelanceerd om te ‘sandboxen’ en het product te testen terwijl ze een community opbouwen, waarna ze een website lanceren en meestal grotendeels van Discord af gaan. Midjourney voerde de ranglijst aan op basis van uitnodigingsverkeer op alle Discord-servers.
Alle ai-risico’s gerubriceerd
In brede kring bestaat bezorgdheid over de risico’s van ai. Academici, auditors, beleidsmakers, ai-bedrijven en het publiek raken bewust van de schaduwkanten ervan. Maar er zijn zoveel risico’s en er kleven zoveel aspecten aan dat je tussen de bomen het bos niet meer ziet. Veel onderzoekers hebben geprobeerd deze risico’s te classificeren. Door gebrek aan coördinatie en consistentie lukte dat tot nog toe maar matig. Een gebrek aan gedeeld begrip van ai-risico’s bovendien belemmert de discussies.
De FutureTech Group van MIT, waarvan ook KU Leuven (Risto Uuk) deel uitmaakt, heeft daarom de allesomvattende database ‘The AI Repository‘ gemaakt, een catalogus met alle potentiële risico’s rond ai. Dit gemeenschappelijk referentiekader omvat liefst 777 verschillende risico’s die zijn getrokken uit 43 documenten waarin bestaande taxonomieën zijn omschreven.
Gekozen is voor twee hoofd-classificatiesystemen die samen een uniform systeem vormen. Bij elk risico vindt een overkoepelende classificatie (high level) plaats op basis van zijn causale factoren, namelijk entiteit (mens, ai), intentie (opzettelijk, onopzettelijk) en timing (vóór en na de implementatie).
De tweede overkoepelende classificatie (mid level) bestaat uit zeven ai-risicodomeinen (discriminatie en toxiciteit, privacy en beveiliging, misinformatie, kwaadwillende actoren en misbruik, interactie tussen mens en computer, sociaal-economisch en milieu, alsmede veiligheid, fouten en beperkingen van AI-systemen. Die zijn weer onderverdeeld in 23 subdomeinen.
De database bevat ook meer dan drieduizend incidenten die in de praktijk zijn voorgekomen, waarbij ai-systemen (bijna) schade hebben veroorzaakt.
Downloads van Llama schieten omhoog
Startups zijn er nog niet in geslaagd om het OpenAI met zijn ChatGPT echt moeilijk te maken. De afstand tot de marktleider blijft groot. Meta, het moederbedrijf van Facebook, denkt de kloof te kunnen verkleinen met zijn ai-modellen (Llama) die opensource zijn. Anders dan het grootste deel van OpenAI’s diensten kan iedereen Llama ook voor commerciële toepassingen gratis gebruiken. Dat spreekt niet alleen startende ai-bedrijven maar ook grotere ondernemingen aan.
Volgens Ali Ghodsi, ceo en medeoprichter van Databricks, hebben duizenden klanten Llama 3.1 omarmd sinds de lancering van dit geavanceerde opensource-model afgelopen juli. De nieuwe versie van Llama geldt als een compleet referentiesysteem waarmee ontwikkelaars hun eigen aangepaste agenten kunnen maken. Ook Jonathan Ross, oprichter en baas van het ai-chipbedrijf Groq, ziet opensource terrein winnen. ‘Meta bouwt de basis van een open ecosysteem dat wedijvert met de beste gesloten modellen’, stelt hij vast.
In een open brief meldt Meta-topman Mark Zuckerberg dat opensource de concurrentie aanzwengelt. Hij wil voorkomen dat OpenAI en Microsoft straks op ai-gebied de dienst gaan uitmaken. De afgelopen week publiceerde Meta cijfers die aantonen dat Llama in de lift zit. Llama-modellen zijn al meer dan 350 miljoen keer gedownload op Hugging Face, een ai-platform voor ai-tools. Dit is tien keer zoveel als een jaar geleden. Daar komen nog de downloads bij, die lopen via cloud-dienstverleners als AWS die partner zijn van Meta.