Ten opzichte van onze buurlanden betaalt de Belg een gemiddeld prijsniveau voor zijn telecomdiensten. Dat blijkt uit een nieuwe studie van telecomwaakhond BIPT. De Nationale Bank komt echter tot andere conclusies.
Het BIPT vergeleek in de maand augustus 2016 715 tariefplannen uit zes landen: België, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Luxemburg en het Verenigd Koninkrijk. Na prijsdalingen in België tussen 2012 en 2014 blijven de prijzen van Belgische tariefplannen voor mobiele telefonie (postpaid) sinds 2015 stabiel.
Desondanks valt België terug in landen rankschikking, omdat het prijsniveau in de buurlanden wel verder daalde met uitzondering van Frankrijk. België scoort over alle profielen heen gemiddeld. Het verschil met de buurlanden is dikwijls zeer miniem. De prijsverschillen tussen de landen onderling blijken steeds minder uitgesproken.
Ook voor prepaidklanten (nog altijd goed voor bijna 40 procent van de mobiele bellers in België) behoudt België zijn gemiddelde positie. Prepaidbundels met data werden goedkoper ten opzichte van vorig jaar (gemiddeld 7 tot 15 procent). Bundels zonder data en veel belminuten stegen daarentegen meer. Het Verenigd Koninkrijk blijft – net zoals de vorige jaren – vaak het goedkoopste land, Frankrijk meestal het duurste.
Het prijsniveau voor mobiel internet (standalone) daalde significant in de loop van 2014 in alle studielanden. Ondertussen zijn de prijzen sinds 2015 opnieuw gestabiliseerd: de resultaten voor alle gebruikersprofielen zijn quasi ongewijzigd ten opzichte van vorig jaar. Als we kijken naar de positie van België in vergelijking met zijn buurlanden, blijkt dat ons land nog steeds relatief duur is. Net zoals bij mobiele telefonie, merkt het BIPT op dat de prijzen tussen de buurlanden convergeren.
Voor breedband (standalone) scoort België goed, hoewel er enkel een vergelijkingsbasis is met twee andere buurlanden. In Duitsland en het Verenigd Koninkrijk wordt deze dienst immers enkel nog aangeboden in een bundel.
Triple- en Quadruple play
Het gemiddeld prijsniveau van triple-play (met vaste telefonie, internet en televisie) in België is gestegen ten opzichte van vorig jaar en dit zowel voor snel als supersnel internet. Triple-play blijft in België gemiddeld genomen eerder duur tot duur in vergelijking met de buurlanden. Frankrijk profileert zich opnieuw uitgesproken als goedkoopste land.
Vorig jaar profileerde België zich als eerder goedkoop (snelheid van 30-100 Mbps) tot gemiddeld (snelheid van meer dan 100 Mbps) wat betreft de quadruple-play aanbiedingen (met vaste telefonie, internet, televisie én mobiele telefonie). Niettegenstaande het prijsniveau in België stabiel is, valt België één plaats terug in de rankschikking t.o.v. de buurlanden voor de snelheidscategorie 30-100 Mbps. Dit is echter toe te schrijven aan het opduiken van Frankrijk in de vergelijkingsoefening voor deze productcategorie. Voor supersnel internet blijft het gemiddelde prijsniveau in België gehandhaafd. Het absolute prijsverschil met het land dat België voorafgaat in de rangschikking is echter zeer gering.
Wat betreft vaste telefonie als stand-alone product, blijft de landenrangschikking vrij stabiel ten opzichte van vorig jaar. België is minder competitief geworden in vergelijking met vorig jaar voor het ‘lichtste’ profiel, waarvoor ons land het op één na duurste wordt. België is eerder duur voor de profielen met een medium verbruik en goedkoop voor de profielen die gekenmerkt worden door een intenser verbruik. Het prijsverschil tussen de verschillende landen is vooral wat betreft de zwaarste profielen relatief klein.
Nationale Bank
De studie van het BIPT spreekt een eerder onderzoek van de Nationale Bank van België wel tegen. De NBB stelde vorige week nog bij de voorstelling van zijn jaarverslag dat de inflatie in België beteugeld moet worden of onze economie komt in de problemen. Specifiek de telecomprijzen zijn vorig jaar met ruim vier procent gestegen. Dat is meer dan tweemaal het gemiddelde in de categorie ‘diensten’. Gemiddeld betaalt de Belg daardoor 19,5 procent meer voor zijn telecom dan in de buurlanden, aldus de Nationale Bank.