Belnet, dat als it-partner de connectiviteit verzorgt van de Belgische onderzoekscentra, universiteiten, hogescholen en overheden, rolt begin 2022 zijn gloednieuwe BNIX-platform uit. Langs dit internetknooppunt loopt het merendeel van het Belgische internetverkeer.
BNIX is het rondpunt waar zowel alle grote Belgische telecomoperatoren (zoals Proximus en VOO-Brutélé) alsook tal van grote bedrijven die internetdiensten aanbieden, dataverkeer met elkaar uitwisselen. Onder die laatste bevinden zich ook contentplatformen zoals Netflix en Facebook en aanbieders van grote cloud-infrastructuren zoals Akamai en Microsoft. BNIX zorgt ervoor dat het dataverkeer op al die snelwegen zo snel en efficiënt mogelijk zijn eindbestemming bereikt zodat quasi alle Belgische particuliere en zakelijke eindgebruikers van internet kunnen gebruikmaken.
‘Dat internetverkeer is sinds 1995, toen BNIX door Belnet werd opgericht, enorm geëvolueerd’, zegt Dirk Haex, technisch en co-algemeen directeur van Belnet. Hij wijst op de coronacrisis, die het internetverkeer totaal onverwacht naar ongeziene hoogtes heeft gestuwd. ‘Niemand had in 2019 gedacht dat we het jaar erna met trafiekpieken tot 600 gigabit per seconde te maken zouden krijgen. Het BNIX-platform was daar qua capaciteit op voorzien, zodat dit geen probleem vormde voor de miljoenen Belgen die plots van thuis uit moesten werken en studeren. Maar om toekomstige evoluties voor te zijn, is het cruciaal dat we het platform blijven innoveren.’
Voetafdruk
Om die reden investeert Belnet in een nieuw en flexibel platform dat bovendien een kleinere ecologische voetafdruk heeft. De organisatie koopt daarom meerdere switches aan, die elk over een capaciteit van 3,2 terabit per seconde beschikken. Indien nodig is er op te schalen. ‘Dit zorgt ervoor dat we voorbereid zijn op toekomstige datapieken, en dat we meer mogelijkheden voor BNIX gaan creëren’, legt Stefan Gulinck, netwerkarchitect bij Belnet, uit. ‘We zijn flexibeler om onze geografische aanwezigheid uit te breiden naar andere datacenters, de dichtheid van poorten te verhogen of aan specifieke klantbehoeften tegemoet te komen. Zo zullen we vanaf volgend jaar private Vlans kunnen aanbieden, zodat participanten ook los van de publieke peering met elkaar kunnen connecteren.’
Het in juni gelanceerde reseller-programma van BNIX maakt ook deel uit van de vernieuwing. ‘Dankzij dit programma kunnen externe partijen BNIX-diensten doorverkopen aan remote participanten die niet aanwezig zijn in één van de drie BNIX-locaties in en rond Brussel. Dat maakt dat deze participanten op hun beurt op een goedkopere en administratief minder complexe manier kunnen gebruikmaken van de BNIX-dienstverlening’, legt Gulinck uit.
Ten slotte zullen de op BNIX aangesloten bedrijven vanaf januari 2022 gebruik kunnen maken van een vernieuwd portaal gebaseerd op IXP Manager. Die tool laat hen toe om het gebruik van hun poort(en) eenvoudig te beheren en zicht te krijgen op hun voornaamste peering-partners.