De Vlaamse arbeidsbemiddelaar VDAB trekt de kaart van container-technologie. Het aantal virtuele machines binnen de organisatie wordt gehalveerd. Goed voor een besparing van een tiental miljoen euro op vijf jaar tijd. Al wijst de overheidsorganisatie vooral op andere voordelen.
Het infrastructuurproject rond containers moet, naar eigen zeggen, de i&t-maturiteit bij VDAB verder naar boven helpen krikken. ‘We beschikten over 4.500 virtuele servers. Maar vandaag zijn er met containers oplossingen die meer geschikt zijn’, stelt Steven Van Peteghem, i&t operations directeur bij VDAB. Containertechnologie heeft volgens hem een technisch voordeel. ‘Het gebruik van systeemresources verloopt optimaler.’ Het project bevordert daarenboven de productiviteit en samenwerking tussen operaties en ontwikkeling, het zogenaamde devops, en moet ook de security & monitoring verbeteren. Daarnaast is er ook een hr- en recruitment-aspect. Containers zijn nieuwe technologie, en die oogt goed op de it-arbeidsmarkt. ‘Ook dat speelt een rol.’
OpenShift
Het project ging van start in 2022 en moet eind dit jaar grotendeels zijn afgrond. Wat ook een rol speelt is de nieuwe tarifering van VMware, de leverancier achter de virtuele servers. Hun onzekere prijzenpolitiek, gehanteerd door de nieuwe eigenaar Broadcom, blijkt vaak niet ten voordele van de klant. De operatie brengt een halvering van het aantal virtuele machines met zich mee. Goed voor een kostenbesparing van tien miljoen op vijf jaar tijd. Het gaat hierbij onder meer om een lagere total cost of ownership dankzij besparingen in licenties en infrastructuur.
Voor het containerproject ging VDAB in zee met Red Hat, intussen onderdeel van IBM, en zijn OpenShift Container Platform. Geen publieke cloud dus, de infrastructuur bevindt zich in het datacenter van Smals.