Een opmerkelijke koerswijziging bij Atos. De ondernemingsleiding ziet af van het plan om op korte termijn bedrijfsonderdelen af te stoten. In plaats daarvan zet het management in op een schuldsanering in de komende zes maanden. Hoe dat in zijn werk gaat, laat Atos over aan schuldeisers en nieuwe partijen die met vers kapitaal over de brug willen komen.
De it-dienstverlener is te redden als de schuldeisers bereid zijn tot kwijtschelding van de helft van de bruto-schuld. Die schuld tikt bijna de vijf miljard euro aan en daarvan moet eind volgend jaar 3,65 miljard euro zijn afgelost. Dat zou de schuld eind 2026 op 2,4 miljard euro brengen, een draaglijkere last. Voor 2024 en 2025 heeft Atos zeshonderd miljoen euro liquiditeit nodig alsmede driehonderd miljoen euro aan nieuwe kredietlijnen en driehonderd miljoen euro aan bankgaranties; opgeteld dus 1,2 miljard euro. Die zeshonderd miljoen dient om de kas aan te vullen want het verbranden van cash gaat nog twee jaar door.
De gedachtegang achter het plan tot herfinanciering is dat na halvering van de schuld de financiële ratio’s verbeteren waarna gemakkelijker nieuwe leningen zijn aan te gaan. Atos denkt de operationele marges aanzienlijk te kunnen verbeteren waardoor de groep weer winstgevend wordt. Zo is Atos in staat op lange termijn de resterende schuld, die ook na kwijtschelding nog altijd fors is, af te lossen. Het management loopt met liquiditeitsprognoses alvast vooruit op toekomstige winstgevendheid.
Om beter te presteren heeft Atos naar eigen zeggen alle middelen in huis
Atos rekent op flink hogere marges. In twee jaar moet de operationele marge van 4,3 naar 10,3 procent. Dat komt meer in de buurt van concurrenten als Capgemini (13%) en Accenture (16%). Om beter te presteren heeft Atos naar eigen zeggen alle middelen in huis. Volgens het management hoeven er geen wonderen te worden verricht en is het alleen een kwestie van een betere uitvoering.
Verzuimd
De ondernemingsleiding schetst het beeld dat Atos de afgelopen jaren heeft verzuimd om de efficiencyverbeteringen die ze bij klanten wist te realiseren, in eigen huis toe te passen. ‘We kunnen veel meer automatiseringen voor onszelf gebruiken. We vragen onze ontwikkelaars wat meer tijd aan onszelf te besteden. Zo kunnen we productiever worden’, aldus algemeen directeur Paul Saleh tijdens een hoorzitting in de Franse Senaat. Verder is extra marge mogelijk omdat Eviden de wind mee heeft en er grote vraag naar artificial intelligence ontstaat. Ook heeft Atos nog een inhaalslag te maken omdat volgens het management vergeleken met de concurrentie weinig in India, Mexico en andere lagelonenlanden wordt gewerkt. Salarisverhogingen zullen niet mogelijk zijn, voegde een senator eraan toe.
Teleurstellend verloopt de resultatenontwikkeling over 2024. Dit jaar zal verlies worden gedraaid, zij het minder sterk dan in de voorgaande drie jaar. Atos plukt voorlopig nog maar weinig vruchten van de organisatorische veranderingen. De reorganisatie, die gepaard gaat met banenverlies, is voor iets meer dan de helft uitgevoerd. Om deze herstructurering te voltooien, zijn nog aanzienlijke bedragen nodig ter compensatie van de ontslagen. Een belangrijk deel van de interim-financiering van 450 miljoen euro, waarover Atos vooruitlopend op een financiële herstructurering principe-afspraken heeft gemaakt met banken en de Staat, gaat hieraan op. De komende maanden zijn de crediteuren aan zet.
Senaat
Afgelopen woensdag mocht het management van Atos aan Franse senatoren uitleggen hoe zij de toekomst zien. Saleh, bijgestaan door president-commissaris Jean-Pierre Mustier, vertelde daarbij precies wat de Senaat wilde horen. Ze presenteerden Atos als een Frans bedrijf, hoewel overigens maar tienduizend van de 95.000 medewerkers in Frankrijk zitten. Het management geeft hoog op van de kennis van de Atos-medewerkers. Het bedrijf heeft 80.000 afgestudeerde ingenieurs. Samen hebben die 400.000 certificeringen.
Atos weet als geen ander talenten vast te houden. De retentie is de hoogste in de branche, aldus Saleh, die eraan toevoegt dat het personeel veel vertrouwen heeft in de goede afloop. Volgens hem was het vrijwillig verloop afgelopen januari het laagste in een aantal jaren. Kern van zijn betoog is dat Atos alleen maar een financieel probleem heeft. ‘Ons probleem is niet operationeel,’ zei hij. En de splitsing van Atos in Eviden en Tech Foundations was helemaal niet nodig geweest, aldus Saleh. Waar twee jaar geleden werd gezegd dat de groep er weer bovenop kon komen door Atos te splitsen in een meer gezond deel met groeikansen (Eviden) en een deel met weinig perspectief dat structureel achteruit gaat (Tech Foundations, outsourcing), is het verhaal nu heel anders.
De kracht van Atos ligt volgens het management in het zeer brede spectrum van diensten en producten die de groep kan leveren. Juist die veelheid van activiteiten uiteenlopend van outsourcing tot supercomputers maakt Atos uniek. ‘We kunnen zo aan alle behoeften van klanten voldoen’, aldus Saleh. De splitsing waaraan Atos twee jaar heeft gewerkt, blijkt nu ineens een puur financiële achtergrond te hebben gehad. De complexe operatie die veel tijd en geld heeft gekost, kwam louter voort uit een financiële visie. Uiteindelijk mislukte deze omdat de verkoop van Tech Foundations aan de Tsjechische miljardair Daniël Kretinsky niet doorging en Airbus afzag van de overname van BDS (Big Data, supercomputers en cybersecurity).
De huidige scheiding blijft overigens wel gehandhaafd. ‘We blijven beide bedrijven onafhankelijk van elkaar besturen.’ Maar dat heeft voornamelijk intern betekenis vanwege de verschillende dynamiek. Het leiden van een groeiend bedrijf vereist nu eenmaal een andere stijl dan onderdelen in verval. Atos benadrukt thans de voordelen van een groot it-concern dat ook outsourcing doet. Samen kunnen Eviden en Tech Foundations mooie projecten binnenhalen. Zo benadrukt het management dat van een ‘duurzaam pad’ spreekt.
De top voelt ook weinig voor verkoop van de Amerikaanse activiteiten. Dat brengt op de korte termijn weliswaar geld in het laatje, maar tast het vermogen aan om over twee jaar de gewenste sprong in de operationele marge te kunnen maken. Om geheel andere redenen wil de Senaat niets weten van Amerikaanse geldschieters als de zeggenschap over Franse technologie daardoor buiten Frankrijk belandt. Tijdens de hoorzitting werd de vrees uitgesproken dat Frankrijk zijn soevereiniteit verliest als Atos teloorgaat of bedrijfsonderdelen in buitenlandse handen vallen. Groot is het belang van Atos voor de Franse defensie, het energiebeleid (kerncentrales), het openbaar vervoer en belangrijke overheidsdiensten. Saleh verzekerde de Senaat ervan dat de ondersteuning van de Olympische Spelen in Parijs door Atos niet in gevaar komt. ‘Alles verloopt normaal.’
Volgens Saleh hoeft niet meer worden getwijfeld aan de visie van Atos. Zodra de herfinanciering is geregeld, komt er een einde aan de volatiliteit en onzekerheid. Saleh en Mustier zeiden dat herstel van het vertrouwen cruciaal is. Ze hopen op een deelname van de Staat in het aandelenkapitaal. Daags na de hoorzitting van afgelopen woensdag riep de Senaat op tot het nemen van een belang door de publieke investeringsbank Bpifrance.
Deadline
Tot 26 april kunnen schuldeisers en nieuwe partijen voorstellen indienen. Het management laat in het midden hoe die voorgesteld oplossingen eruit gaan zien. Op 15 juni is de deadline waarop de crediteuren het eens moeten worden.
Volgens Standard & Poor’s komt het financieringskader dat Atos heeft opgesteld neer op wanbetaling. Wellicht worden de schulden omgezet in aandelen, wat een enorme verwatering zou betekenen. De huidige aandeelhouders die de waarde van Atos met 98 procent zagen dalen, zullen daar fel op tegen zijn. De banken, obligatiehouders en andere schuldeisers zullen in hun besluitvorming meewegen dat de schulden momenteel worden gewaardeerd op ongeveer een derde van de nominale waarde; flink lager dus dan de vijftig procent uit het financiële kader dat Atos heeft geschetst.
De regering in Parijs en een grote politieke meerderheid zullen zeker de bedrijfsonderdelen redden die strategisch voor Frankrijk van belang zijn. Onzeker is de toekomst van de rest en dan met name de bedrijven buiten Frankrijk. Over twee maanden horen we de uitkomst.