Chipmaker NXP en zijn kleinere concurrent Impinj uit Seattle hebben hun patentenoorlog over het gebruik van passieve ultra-high frequency-rfid-technologie (ook wel rain-rfid genaamd) beëindigd.
Juristen van de bedrijven bereikten een schikking, nadat een federale jury in Californië NXP vorig jaar in het ongelijk had gesteld. Deze achtte het bewezen dat het bedrijf met hoofdkantoor in Eindhoven twee patenten van Impinj had geschonden, waarvan één moedwillig.
NXP werd veroordeeld tot een schadevergoeding van omgerekend 16,5 miljoen euro, zo meldt Impinj in een persbericht. Tegelijk verwierp de rechter in Washington een tegenclaim van NXP. Betrokken chips maken draadloze communicatie mogelijk tussen rfid-tags en leesapparatuur door gebruik van radiogolven. Niet alleen Impinj maar ook de rain-rfid-gemeenschap voelde zich door NXP benadeeld omdat veel tijd en geld in de ontwikkeling ervan was gestoken. Volgens NXP ging het echter om standaardtechnologie.
Volgens het Eindhovens Dagblad zijn beide partijen overeengekomen dat NXP eenmalig 41 miljoen euro op tafel legt ter compensatie. Als NXP de technologie van Impinj wil blijven gebruiken, kost dat zo’n veertien miljoen euro per jaar. In totaal kunnen de kosten van de schikking zodoende oplopen tot 180 miljoen euro. Maar als NXP een alternatief vindt, blijft de schade beperkt.