Grote bedrijven maken niet optimaal gebruik van hun dataopslag. Sommige erkennen dat zestig procent van de opgeslagen gegevens onbenut blijft. Onnodige dataopslag betekent onnodig energieverbruik en het verminderen van dataverspilling heeft dus effect op de gestelde duurzaamheidsdoelen. Toch heeft dit geen hoge prioriteit bij it-beheerders.
Dit concluderen infrastructuurbedrijf NTT en datamanagementleverancier NetApp na onderzoek onder ruim driehonderd it-beslissers in Nederlandse, Duitse en Britse bedrijven met meer dan vijfduizend medewerkers.
Een derde van de ondervraagden blijkt zich niet bewust te zijn van de milieugevolgen van hun datastrategie. En dat terwijl bijna zestig procent de it-afdeling ziet als belangrijke aanjager van duurzaamheidsplannen. De it-beheerders kijken vooral naar de aanschaf en installatie van energiezuinige apparatuur en geven de verwijdering van niet-relevante data geen prioriteit, aldus de onderzoekers.
Beheerders zien op tegen de uitdagingen die gepaard gaan met het beheer van de data-omgeving. Ze vinden het een omvangrijke klus, zijn bang om waardevolle informatie te verliezen en verwachten dat het moeite kost interne goedkeuring te krijgen. Ook zou bij de helft van de respondenten moeten samenwerken met leveranciers die er niet dezelfde visie en doelen op nahouden.
Volgens de onderzoekers heeft 38 procent van de ondervraagden met succes een allesomvattende bedrijfsbrede strategie geïmplementeerd.