Een toenemend aantal organisaties hanteert een cloud-first- of zelfs een cloud-only-strategie. Zij moeten ervan op aankunnen dat ‘cloud’ betrouwbaar beheer en onderhoud van al hun diensten en bedrijfsprocessen biedt. In het geval van een calamiteit moeten alle systemen, applicaties en data snel te herstellen zijn, met minimale gevolgen voor draaiende omgevingen.
Bij de ontwikkeling van een disaster-recovery-strategie die de bedrijfscontinuïteit waarborgt in het geval van door natuur of mensen veroorzaakte storingen zijn het overzetten van it-systemen naar de cloud en het opstellen van fail-over-plannen voor fysieke componenten en hardwaresystemen nog maar het begin. Organisaties die bedrijfscontinuïteit willen borgen, moeten zich daarnaast indekken tegen de uitval van de publieke of private cloud-infrastructuur zelf. Door het repliceren van data en het opslaan ervan op een secundaire locatie kunnen bedrijven, als een van de datacenters door een calamiteit wordt getroffen maar ook wanneer het netwerk platligt, alle gegevens vanaf deze secundaire locatie herstellen en het werk weer oppakken. Genoeg reden om het onderwerp datamigratie opnieuw tegen het licht te houden.
Drempels voor datamigratie
Bij de ontwikkeling van een gedegen migratiestrategie moeten allereerst de risico’s van datamigratie worden onderkend. Zo kunnen er gegevens verloren gaan tijdens het migratieproces of compatibiliteitsproblemen ontstaan door het wisselen van besturingssysteem of het gebruik van onverwachte bestandsformaten. Een van de grootste problemen waarop bedrijven tijdens migraties stuiten is een gebrek aan kennis van de applicaties die zij in huis hebben. Het gemiddelde personeelsverloop ligt op ongeveer vijftien procent per jaar, en meestal vindt er elke drie tot zeven jaar een moderniseringsslag op it-gebied plaats. Het is daarom niet ongebruikelijk dat kennis van specifieke applicaties verloren gaat wanneer mensen van baan wisselen. Hierdoor kunnen de kosten en tijd die nodig zijn voor het voltooien van het migratieproces fors oplopen. In sommige gevallen stranden migraties helemaal en zitten bedrijven vast aan hun bestaande technologie.
Het razendsnelle tempo van veranderingen binnen het it-ecosysteem maakt bovendien dat er voortdurend nieuwe ideeën, concepten en innovaties op de markt komen. En daarmee wordt de kans om technologie één-op-één te vervangen steeds kleiner. Dit stelt it-beslissers voor een serieus probleem: hoe moeten ze de nieuwe infrastructuur of oplossing met hun bestaande omgeving integreren? Organisaties die een cloud-first-strategie implementeren zullen moeten nagaan hoe zij zonder serieuze verstoringen of forse kostenoverhead naar een compleet nieuw platform kunnen overstappen.
Tel hier de hoeveelheid en variatie aan clouddiensten die momenteel verkrijgbaar zijn bij op en het wordt duidelijk hoeveel extra complexiteit de overstap naar de cloud met zich meebrengt. De impact van de groeiende populariteit van hybride clouds en het verplaatsen van workloads tussen cloudplatforms moet niet worden onderschat.
Houd ten slotte in het achterhoofd dat het in de cloud onderbrengen van data meestal een stuk eenvoudiger is dan die er weer uit op te halen. Het inbouwen van een exit-plan bij het opstellen van de migratiestrategie is een absolute vereiste.
Cloudneutrale
Een cloudneutrale aanpak draagt bij aan werkelijke mobiliteit van workloads. It-teams kunnen daarmee veel voorkomende valkuilen vermijden en verkeren zo in een positie om effectief te reageren op het brede scala aan disaster recovery-scenario’s van tegenwoordig. Ook – of misschien wel juist – in een betrouwbare cloud first of cloud only strategie is datamigratie een gegeven. Een slimme organisatie kijkt dan ook naar het opruimen van obstakels die bijdragen aan een langdurig, kostbaar en foutgevoelig migratieproces. Denk bijvoorbeeld aan het implementeren van continue-databeschermingstechnologie. Die kan de duur van migraties in veel gevallen terugbrengen van enkele dagen tot enkele minuten. Tot het moment waarop de migratie van start gaat heeft technologie weinig of geen impact op de prestaties van productieomgevingen. Gebruikers kunnen dus onverstoord hun zakelijke en technologische doelen blijven nastreven.
