Euro-IX, een groep exploitanten van internetknooppunten, verzet zich hevig tegen een voorstel van grote Europese netwerkoperators om hun kosten deels af te wentelen op grote Amerikaanse contentplatforms. Het internet wordt hierdoor veel vatbaarder voor storingen, zo waarschuwt deze vereniging met vestiging in Amsterdam, Nederland.
Euro-IX ziet niets in het plan om Amazon, Apple, Google, Meta, Microsoft, Netflix en andere grote streaming-partijen een infrastructuurvergoeding op te leggen. De industriecommissie van het Europees Parlement heeft zich al eerder tegen een dergelijke heffing uitgesproken. Ook de Europese toezichthouders op elektronische communicatie, verenigd in Berec, zijn afwijzend. Volgens veel tegenstanders ondermijnt het voorstel ook de netneutraliteit waarbij elk soort verkeer hetzelfde wordt behandeld.
Brief op poten
Maar deze heffing is nog niet van tafel. De eurocommissarissen Thierry Breton (interne markt) en Margrete Vestager (digitale zaken) denken nog steeds in die richting; reden waarom Euro-IX aan beide politici een ‘brief op poten’ heeft gestuurd.
Een infrastructuurheffing zou schadelijk zijn voor het hele internet-ecosysteem, schrijft Euro-IX. Op dit moment is het interconnectiemodel van het internet marktgebaseerd. Alles draait op basis van vrijwillige afspraken over ‘peering’ en het doorgeven van verkeer. Volgens Euro-IX werkt het huidige systeem heel goed. De kosten zijn buitengewoon laag. Veel verkeer wordt zelfs met gesloten beurzen afgewikkeld. Hierdoor kon een grote verscheidenheid aan internetknooppunten ontstaan, variërend van heel grote ixp’s in belangrijke Europese interconnectiecentra tot veel kleinere ixp’s die alleen een (klein) land of een stedelijk gebied bedienen. Als dit efficiënte systeem wordt vervangen door een sterk gereguleerd stelsel met vaste tarieven en nodeloze bureaucratie zullen de kosten van het afsluiten van interconnectie-overeenkomsten omhoog schieten, waarschuwt Euro-IX.
Nieuwe systemische zwakheden
Ook remmen heffingen de keuze van netwerken om te ‘peeren’. Als netwerken als gevolg van deze regulering minder snel tot ‘peering’ komen, vermindert het aantal verbindingspunten tussen toegangs- en inhoudsnetwerken. Volgens Euro-IX maakt dat de internetconnectiviteit kwetsbaarder en meer vatbaar voor storingen. De kwaliteit van de dienstverlening aan de gebruiker loopt daardoor achteruit. Maar het ergste is dat onbedoeld nieuwe systemische zwakheden worden geïntroduceerd in de kritieke infrastructuur. Uiteindelijk is het de eindgebruiker die de dupe van dit alles wordt.
Op de achtergrond speelt ook de vrees dat grote contentpartijen straks hun verkeer via niet-Europese internet service providers laten lopen. Dit zou tot minder kwaliteit en veiligheid leiden.
Euro-IX verwacht dat grote netwerkoperators als Deutsche Telekom, Orange, Telefónica en Vodafone een hoge beschikbaarheid van netwerken zullen beloven. Maar volgens de vereniging moeten we daar niet te veel op vertrouwen, zelfs niet als regelgevers met verplichtingen komen of zelfs boetes bij fiasco’s in het vooruitzicht stellen. Het internet is een complex systeem. En de beleidsmakers van de Europese Commissie zijn uiteindelijk verantwoordelijk voor de systemische effecten die voortkomen uit (verkeerd) beleid, zo waarschuwt Euro-IX.