Intel lanceert samen met Google Cloud een chip die datacenters efficiënter kan maken. De E2000 chip, eerder bekend onder de codenaam Mount Evans, ontlast de relatief dure cpu’s. Deze aangepaste infrastructure processing unit (ipu) neemt namelijk het samenbundelen van data voor netwerktaken in datacenters over.
Een tweede voordeel is dat de veiligheid van het werken in de cloud omhoog gaat. Verschillende klanten die dezelfde cpu’s in de cloud delen, worden bij gebruik van de nieuwe chip beter van elkaar gescheiden.
Amin Vahdat, vice president engineering bij Google, kondigde dit vandaag aan tijdens Google Cloud Next ‘22. Hoewel Google veel heeft bijgedragen tot de ontwikkeling van de nieuwe chip, mag Intel de E2000 ook aan hyperscalers als AWS en Microsoft verkopen. ‘We beschouwen onszelf als de open cloud,’ aldus Vahdat. Hij heeft er totaal geen moeite mee dat zijn concurrenten hiervan kunnen profiteren.
Google Cloud biedt de E2000 aan in een nieuw product met de naam C3 VM dat wordt aangedreven door Intel’s vierde generatie Xeon processors. Deze Xeon chips zijn Intel’s krachtigste cpu’s. Google Cloud is de eerste cloud-dienst die de laatste generatie Xeon gaat uitrollen.
E2000 chip
Chips zijn opgebouwd uit basisprocessors, de zogenoemde cores. Er kunnen honderden kernen op een chip zitten en soms kan informatie ertussen vloeien. De E2000 creëert veilige routes naar elke kern om een dergelijk scenario te voorkomen.
Overigens heeft Google een lange traditie van eigen hardware-ontwikkeling. Voorbeeld is de tensor processing unit (tpu), gebouwd om realtime spraakgestuurd zoeken, herkenning van foto-objecten en interactieve vertaling mogelijk te maken. Ander voorbeeld is Titan, een veilige, energiezuinige microcontroller om ervoor te zorgen dat elke machine opstart vanuit een vertrouwde staat.