Lange tijd was een mainframe een soort van heilige graal voor bepaalde sectoren, en zeker ook de financiële sector. Maar recente migraties doen uitschijnen dat het tij aan het keren is. ‘Er is wat aan het bewegen.’
Dat AG, naar eigen zeggen de grootste verzekeraar van België met drie miljoen klanten en distributiepartners, geleidelijk aan afstand neemt van hun mainframe-infrastructuur is op zijn minst opmerkelijk. Zeker inzake de grootorde van het project. AG bracht kritieke applicaties, samen goed voor meer dan tachtig miljoen regels code, van het bestaande mainframesysteem naar een nieuwe infrastructuur. Het deed er drie jaar over, minder dan de geplande vier.
Externe drijfveer
De beslissing van AG om de omschakeling te bewerkstelligen, valt op in een sector als de financiële sector die lang aan mainframetechnologie vasthield. Bij AG was het een externe drijfveer die het project in gang zette. Na de splitsing van Fortis, stonden lange tijd de collega’s van de bank in voor het huisvesten van technologie, maar zij gaven het signaal aan AG om op termijn zelf het heft in handen te nemen. Opties als een hosted formule of pakket-technologie werden overwogen. ‘Uiteindelijk hakten we de knoop door en beslisten om zelf in te staan voor onze eigen toepassingen. We hebben ook een lange traditie van eigen ontwikkelde software. Al onze kerntoepassingen hebben we zelf gebouwd’, aldus Philippe Van Belle, chief information & technology officer van AG.
Dat AG naar aanleiding van de omschakeling een persbericht verstuurt en de (vak)pers opzoekt, zegt veel over de reikwijdte van het project. De verzekeraar is bovendien tevreden dat alles zonder kleerscheuren is verlopen. Niet elke organisatie ziet het zitten om zomaar af te stappen van mainframetechnologie.
Heel veel organisaties gebruiken nog mainframes en heel veel data bevinden zich op deze systemen. Want als – zoals onderzoeken opperen – de helft of meer van de bedrijfsgegevens zich nog steeds op mainframes bevinden, zal het niet gemakkelijk – of snel – gaan om van mainframe af te raken.
Trend
Mainframemigratie is sowieso een verhaal van lange adem, maar is er sprake van een bredere trend? Bart Abeel van Micro Focus, dat de omvorming begeleidde bij AG, denkt alvast van wel. ‘AG kan je op Belgisch vlak een pionier noemen, maar rond dezelfde periode deed Allianz in Duitsland ongeveer hetzelfde’, stelt Abeel, die ook andere recente cases aanhaalt met mainframemigratie als BGL in Luxemburg en bij het Spaanse Santander. En in ons land was er ook al de Nationale Bank dat zijn balanscentrale in de cloud zette.
Daarnaast geeft de nieuwe moderne infrastructuur ook meer mogelijkheden rond cloudtechnologie, zoals het gebruik van providers als AWS of Microsoft Azure, ook al is dat nu niet aan de orde. ‘Dikwijls zien we een geleidelijke overgang: mainframe, Linux-systemen en dan cloud’, haalt Bart Abeel aan. Toch beginnen cloudproviders zich meer en meer te richten op mainframemigratie. Zo bouwt een partij als AWS geleidelijk aan zijn dienstverlening rond mainframemigratie uit.
In de VS wordt in dat kader ook gekeken naar FedEx dat heeft aangekondigd dat het tegen 2024 zijn datacenters en de bijbehorende mainframes zal sluiten om all in te gaan op cloudtechnologie. Naast voordelen zoals een grotere flexibiliteit, verwacht FedEx vierhonderd miljoen dollar te besparen.
Ontwikkelaars
Kostenbesparing is er dus wel, maar dat is niet het enige. ‘Alleen voor de lagere tco had ik het project niet gedaan’, stelt Van Belle als we hem vragen naar de besparing naar aanleiding van zo’n mainframemigratie. Maar dat de tco door de omschakeling met 75 procent daalde, geeft meteen ook een indicatie van de kost die er bij mainframelicenties komt kijken.
Al is vooral openheid en toekomstgerichtheid een grotere drijfveer. ‘Denk aan api’s naar ons toe en api’s naar de buitenwereld’, zegt Van Belle. ‘Bovendien kunnen we de komende jaren ook nog code kunnen herschrijven en ombouwen.’
Een ander voordeel van het moderniseringsproject is dat AG beschikt over een interessantere omgeving voor de werving van een nieuwe generatie ontwikkelaars, terwijl het de ontwikkelingsvaardigheden en programmakennis van de bestaande ontwikkelaars kan opvijzelen. ‘Onze ontwikkelaars kunnen naar aanleiding van deze omschakeling dezelfde tool gebruiken als dat ze met .Net werken’, oppert Van Belle. Want toegegeven: de ontwikkelaars in Cobol worden er ook niet jonger op. En makkelijker te vinden zijn ze ook al niet.
