Een betaalbare laptop. Dat was onder meer het plan van Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). Hij trok per leerling in het secundair onderwijs zowat 510 euro uit. Toch verschillen die laptops uiteindelijk heel erg in prijs. ‘Een eenduidig beleid zou mooi geweest zijn.’
Om de digitalisering in het onderwijs te versnellen, dokterde Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) de zogenaamde Digisprong uit. Deze zomer kregen scholen de laatste schijf van het bedrag uitgekeerd waar zij recht op hebben. Scholen krijgen heel wat vrijheid in de manier waarop ze laptops voor hun leerlingen voorzien.
Grote verschil
Maar die vrijheid uit zich ook in de prijs die leerlingen – en meer bepaald hun ouders – moeten neertellen voor zo’n toestel. Uit een rondvraag van VRT NWS blijkt dat het prijsverschil (erg) groot is voor een laptop voor een secundaire scholier. Zo zijn er scholen die voor het gebruiksrecht van een laptop jaarlijks 12 à 30 euro vragen. Maar als de leerling eigenaar van zijn of haar laptop wordt, zijn er dan weer tarieven van meer dan 800 euro.
Vanwaar komt dat grote verschil? Enerzijds door het type laptop natuurlijk. Zo is een klassieke laptop doorgaans duurder dan een Chromebook. Anderzijds door het (financierings)systeem dat scholen hanteren. Zo kan de school ouders ook vragen om een toestel voor de leerlingen te kopen. Dat kan dan met een eenmalige aankoop of met een huurkoopformule. Maar sommige scholen doen het (nog) anders. Zij kiezen voor een leasingsysteem bij een externe firma of voor een systeem waarbij de school eigenaar is van de laptops en ze doorverhuurt aan de leerlingen.
Eenduidig beleid?
De algemene lijn is: secundaire scholen hebben de vrijheid. En daardoor ontstaan er grote verschillen op de schoolfactuur. ‘Een eenduidig beleid zou eens mooi geweest zijn’, zo reageert een diensthoofd ict bij een scholengroep op de grote verschillen in de kostprijs en aanpak. ‘Maar jammer genoeg is het vaak eerst geld uitdelen en dan nadien nadenken over hoe het in de praktijk kan verwerkt worden’, zo stelde hij scherp via LinkedIn.
Al klinkt het vanuit de Vlaamse Overheid en het Kenniscentrum Digisprong, via een medewerker die anoniem wenst te blijven, dat het vanuit het beleid oorspronkelijk wel de bedoeling was om via elke school een eenduidig beleid te laten voeren. ‘Een grote groep scholen was hier echter tegen. Zij hebben dit achteraf laten aanpassen. Dat geeft nu dus het diverse beleid.’