Organisaties bezig met digitale transformatie kiezen steeds vaker voor de hybride cloud, die bestaat uit een combinatie van afgenomen diensten bij AWS, Google Cloud of Microsoft Azure en eigen hardware in een (on-premise) datacenter. De uitdaging bij een dergelijke oplossing is: hoe houden organisaties overzicht op deze data en hoe zorgen ze ervoor dat deze data toegankelijk blijft?
Op dit moment zien we een trend dat organisaties niet langer eigenaar willen zijn van hardware, aangezien het over het algemeen snel veroudert en relatief veel onderhoud vergt – denk aan het updaten van besturingssystemen en patches. Daarnaast brengen investeringen in nieuwe servers elke keer ontzettend veel kosten met zich mee. In plaats daarvan, kiezen organisaties tegenwoordig bijvoorbeeld voor de publieke cloud, waarbij AWS, Google Cloud en Microsoft Azure de bekendste en populairste hyperscalers zijn. Door te kiezen voor oplossingen van deze hyperscalers zijn ze in staat om (een deel van) hun workloads naar de cloud te migreren. Ze hebben dan niet langer kopzorgen omtrent uitvallende en snel verouderde hardware.
Voorkeur
Dat organisaties vaker kiezen voor aanbieders van publieke cloud betekent niet automatisch dat ze ook afscheid nemen van hun private cloud. Het verwerken van vertrouwelijke data en persoonsgegevens doen ze bij voorkeur graag in hun eigen private cloud. Zo behouden ze inzicht in en controle over de eigen gevoelige data. Daarnaast speelt de Nederlandse en Europese wet- en regelgeving rondom de verwerking van vertrouwelijke persoonsgegevens ook een belangrijke rol. De echt vertrouwelijke data staan opgeslagen in de eigen private cloud, die tegenwoordig overigens heel gemakkelijk te koppelen is met de publieke cloud. Zo ontstaat er een architectuur waarin de private en publieke cloud samenwerken voor het verwerken van (vertrouwelijke) data en workloads.
Ondanks de populariteit van de private en publieke cloud beschikken organisaties ook vaak nog over on-premise computerkracht. Sommige workloads zijn namelijk gemakkelijker on-premise uit te voeren, zoals printservices en active directories. Daarnaast zijn sommige traditionele architecturen niet geschikt om in de cloud-omgeving onder te brengen. In de meeste gevallen is de aanwezige on-premise omgeving van een organisatie via een glasvezelverbinding verbonden met de private cloud in een datacenter om zo processen mogelijk te maken.
Toegankelijkheid van data
Bij een combinatie van on-premise hardware, private en publieke cloud spreken we van een hybride cloud. Een organisatie die kiest voor een hybride cloud moet goed nadenken waar ze hun data neerzetten en door welke omgeving ze hun workloads laten verwerken. Bij een aanbieder van publieke cloud is het niet altijd duidelijk waar de data is opgeslagen en hoe de beveiliging is geregeld. Kies daarom altijd voor een bekende en betrouwbare aanbieder van publieke cloud en sluit een goede service level agreement af.
Voor organisaties die kiezen voor hybride cloud, is het wel belangrijk dat alle data, ongeacht waar deze staan, op een goede manier toegankelijk zijn. Ook is het van belang dat ze over de juiste tooling beschikken waarmee ze altijd en overal inzicht hebben in welke cloud hun (vertrouwelijke) data van de organisatie zijn opgeslagen. Gewenst is een architectuur die de verhoudingen tussen verschillende services, diensten, software en hardware in kaart brengt. Dat geldt niet alleen voor datacenters, maar ook voor de verschillende cloudomgevingen. Organisaties beschikken zo over tooling waarmee ze naar eigen inzicht data in elke omgeving kunnen mixen en matchen. Zo besparen organisaties op jaarbasis veel kosten en is het mogelijk om heel snel een product of dienst succesvol op de markt te zetten.
(Auteur Oscar Wijnants is sales director Netherlands bij NetApp.)