De Europese Unie wil een einde maken aan de verschillende opladers die elektronicafabrikanten leveren. Usb-c wordt de standaard zodat één oplader kan volstaan voor meerdere apparaten zoals smartphones, laptops en bluetooth-headsets. Ook Apple moet eraan geloven. Als de regel in 2024 ingaat, moet de techgigant zijn iPhones aanpassen aan de Europese markt.
Dat blijkt uit een wetsvoorstel dat vandaag is ingediend bij de Europese Commissie. De maatregel moet fabrikanten dwingen een gemeenschappelijke oplader voor elektronische apparaten te gebruiken, meldt nieuwssite Politico.
Het voorstel vereist dat alle fabrikanten de oplaadpunten van apparaten harmoniseren. Daarvoor is usb-c als standaard gekozen. Ook moeten de fabrikanten hun softwareprotocol voor snelladen inter-operabel maken zodat onafhankelijk van het merk of het apparaat de accu snel weer vol is.
De nieuwe regels zijn van toepassing op tablets, koptelefoons, camera’s en luidsprekers. Of meer precies, het gaat om de oplaadpoort die gestandaardiseerd wordt. De regels gelden niet voor e-readers of draadloze oplaadsystemen.
Niet vrijwillig aanpassen
De Commissie verwacht het voorstel volgend jaar goed te keuren, waarna de lidstaten een jaar de tijd krijgen om de nationale wetgeving aan te passen. Halverwege 2024 is de wet EU-breed ingevoerd, zo is de verwachting. Doel is om de jaarlijkse hoeveelheid elektronisch afval in de EU stevig terug te dringen.
De eerste EU-plannen voor een universele smartphone-lader stammen uit 2010. Eerder beloofden producenten dat ze op vrijwillige basis hun opladers zouden harmoniseren. Omdat die toezegging niet van de grond komt, grijpen Eurocommissarissen Margrethe Vestager (Concurrentie & Digitale Zaken) en Thierry Breton (Interne Markt) nu naar nieuwe wetgeving als pressiemiddel.
Apple
De grootste dwarsligger is Apple. Die probeerde meerdere keren het voorstel te kraken. Apple stapte voor het opladen van iPads en MacBooks weliswaar over naar usb-c, maar houdt voor zijn iPhones vast aan de eigen lightning-poort. Het bedrijf voert als argument aan dat usb-c innovatie belemmert.
Critici stellen dat de leverancier daarmee controle houdt over de gebruikte laadsnoeren en uit is op financieel gewin. Makers van lightning-snoeren betalen een bedrag aan Apple om die gepatenteerde snoeren op de markt te brengen. Daarmee zijn die snoeren ook een lucratieve inkomstenbron voor Apple.
Als de wet van kracht wordt, moeten in 2024 ook iPhones een usb-c-poort voor opladen hebben.
Meeleveren van lader aan banden
Het voorstel voor een verplichte usb-c-standaard volgt op een eerdere EU-wet om de bundelverkoop van apparaat en accu aan te pakken. Dat voorstel kreeg vorig jaar de steun van het Europees Parlement.
Daarin staat dat fabrikanten de standaardverkoop van een oplader bij elke nieuwe smartphone moeten staken en consumenten de keuze moeten bieden om hun oude oplader te gebruiken. Ook dat voorstel is gericht op het terugdringen van elektronisch afval. Volgens de Commissie hebben burgers gemiddeld drie verschillende opladers in huis, waarvan er minstens één niet wordt gebruikt.
Toch zal het verplichte gebruik van usb-c en het staken van het meeleveren van nieuwe laders niet het einde betekenen van een andere stekker-ergernis. EU-landen hebben nog steeds verschillende stopcontacten en stroomspanningen. Waar fabrikanten voor de opladers nog steeds verschillende varianten moeten produceren, daar zijn gebruikers van elektronische apparaten voorlopig nog niet af van de reisstekker.