89 procent van de Vlaamse leerkrachten liet leerlingen oefenen of taken maken op een digitaal platform. Dat is meer dan het Europese gemiddelde van 87 procent. Leerkrachten voelen zich door de digitale onderwijsplatformen in het algemeen ook goed ondersteund in hun werk. Dat blijkt uit een enquête van Van In, uitgever van schoolboeken en digitaal lesmateriaal.
Sanoma Learning nam begin juni, dus in volle coronatijd, een Europese enquête af bij leerkrachten basis- (bao) en secundair onderwijs (so). Sanoma Learning is het Finse moederhuis van Van In. Het doel van de enquête was om de effecten van corona op het lesgeven te meten.
Het gebruik van digitale leerplatformen als Bingel (bao) en Diddit (so) is alvast geëxplodeerd tijdens corona. Op Bingel was de dagpiek qua oefeningen pre-corona 1,9 miljoen. Tijdens corona lag de dagpiek op 9,2 miljoen, bijna een vervijfvoudiging. Voor Diddit lag de dagpiek qua gebruikers eerst op 13.200. Tijdens corona was 23.600 gebruikers (+78 procent).
77 procent van de bevraagde leerkrachten gaf in de coronaperiode afstandsles aan de hele klas, tegenover tien procent pre-corona. 89 procent, dus een overweldigende meerderheid, liet leerlingen oefeningen of taken maken op een digitaal platform. De helft nam zelf een webcast op, tegenover vier procent pre-corona. Ruim een op de vijf van de Vlaamse bevraagden (minstens één keer per week digitale testen af, tegenover zes procent pre-corona.
‘Het Vlaamse onderwijs heeft een grote sprong vooruit gemaakt in het gebruik van digitale tools tijdens de coronaperiode’, stelt Winfried Mortelmans, ceo van Van In. ‘De leerkrachten zijn er natuurlijk ingegooid. Velen hebben zich snel bijgeschoold maar hadden het zeker niet makkelijk. Het is spectaculair wat zij realiseerden. Nu digitale accenten combineren met het traditionele onderwijs, en met name de beide inzetten waar ze een meerwaarde hebben, lijkt ons de ideale manier om het beste van alle werelden te hebben.’
Toch blijkt ook digitaal onderwijs met de nodige uitdagingen te komen. 84 procent van de leerkrachten stelden dat ze het lastiger vonden om de hele klas bij het lesgeven te betrekken en dat ook het evalueren van digitaal gemaakte oefeningen en het laten maken van testen niet voor de hand ligt (72 procent). Opdrachten toewijzen aan leerlingen, de communicatie met de ouders en de afhandeling van administratie worden dan weer als ‘gemakkelijker’ beschouwd.
Voorloper
Opvallend is dat we in ons Vlaams onderwijs voorop zijn op het Europees gemiddelde, op het vlak van leerlingen online-taken of -oefeningen te laten maken. In Vlaanderen deed 62 procent van de leerkrachten dat pre-corona al, tegenover 59 procent gemiddeld in alle bevraagde landen. Tijdens corona deed 89 procent van de leerkrachten dit bij ons, tegenover 87 procent gemiddeld in de bevraagde landen, wat nog altijd een kleine voorsprong vormt.
‘Ik hoor soms beweringen dat ons onderwijs zou achterop lopen qua digitalisering’, zegt Mortelmans. ‘Dat klopt niet helemaal. Onze grote corona-leerkrachtenenquête toont aan dat we pre-corona al voorop liepen in Europa – en onze voorsprong tijdens corona behouden hebben – qua digitaal oefenen. Andere Europese landen hebben ons op dat vlak bijgebeend tijdens corona, en niet omgekeerd. We kunnen uiteraard nog een grote stap vooruit zetten door het digitale nog meer te gaan integreren in echt ‘blended learning’ waar het digitale wordt ingezet om het leerproces te versterken.’