Nog nooit hebben zoveel Vlaamse leerlingen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs voor een opleiding in wetenschap, technologie, techniek en wiskunde (science, technology, engineering en mathematics, afgekort stem) gekozen. Het percentage van meisjes valt op. Het aandeel van meiden is ten opzichte van het schooljaar 2010-2011 met vier procentpunten gestegen.
Dat blijkt uit de vijfde editie van de STEM-monitor voor het schooljaar 2017-2018. Middels dit rapport maakt de Vlaamse overheid de populariteit van stem-richtingen inzichtelijk. De monitor hoort bij het STEM-actieplan van de Vlaamse regering.
In referentiejaar 2010-2011 kozen 53.806 leerlingen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs voor een stem-richting. Vorig schooljaar, 2017-2018, waren dat in totaal 55.153 jongeren. Dat is een stijging van 1.300 leerlingen. Bovendien stroomt meer dan 55 procent van de leerlingen in het ASO uit met een stem-diploma.
Het rapport vindt het aandeel van meisjes in het stem-onderwijs opmerkelijk. Ten opzichte van 2010-2011 is hun aandeel met bijna vier procentpunten toegenomen in de derde graad tot bijna een derde. En ook in het hoger onderwijs vindt die toename plaats. In de academische bachelors gericht op stem-onderwerpen is het aandeel van vrouwen zelfs bijna veertig procent.
STEM-actieplan
De STEM-monitor is onderdeel van het STEM-actieplan 2021-2022 van de Vlaamse regering. Naar eigen zeggen zijn de aantallen voor het aandeel van vrouwelijke studenten het secundair stem-onderwijs en professionele stem-bachelors bijna behaald. Het beoogde aantal vrouwelijke studenten in academische stem-bachelors zijn al bereikt.