Als het om softwareontwikkeling gaat, is Afrika voor veel bedrijven een blinde vlek. Maar het continent heeft potentieel. Komt je volgende collega-softwareontwikkelaar uit Afrika? Wat kan hij en hoeveel verdient hij? Zes vragen en antwoorden.
Als we vergelijken met India, is Afrika inzake softwareontwikkeling eerder onontgonnen gebied.
Typische nearshore-bestemmingen zijn vandaag dan weer Spanje en landen in Oost-Europa, zoals Tsjechië, Bulgarije, Roemenië, Polen of Hongarije.
Toch is Afrika al van tel. ‘Franstalige bedrijven doen wel een beroep op Noord-Afrika, met landen als Marokko en Tunesië, omdat die hun taal goed machtig zijn’, aldus Jef Loos van Whitelane Research. Maar een Vlaamse kmo zal voor zijn it vaak eerder samenwerken met Polen of Roemenen. ‘De zogenaamde cultural match is dan vaak veel beter.’
Geen arrogantie in Afrika
Werken met it-specialisten en ontwikkelaars uit Afrika is een mes dat aan twee kanten snijdt, oppert Ernesto Spruyt, van de in Afrika gespecialiseerde outsourcer Tunga. ‘Enerzijds werken we met mensen in gebieden waar de werkloosheid hoog is en de kansen laag zijn. En anderzijds kunnen we tegen lage kosten een hoge service bieden’, stelt hij.
Volgens Spruyt zijn Afrikaanse ontwikkelaars meteen een antwoord op de schaarste aan it’ers. ‘Maar ook
op de belachelijk hoge tarieven en – om heel eerlijk te zijn – ook vaak de arrogante houding van
programmeurs bij ons. Mensen in Afrika zijn supergemotiveerd en vertonen geen primadonna-gedrag’, stelt Spruyt, die met zijn bedrijf al bijna vier jaar met Afrikaanse softwareontwikkelaars in onder andere Nigeria en Egypte werkt.
1. In welke Afrikaanse landen is het meeste programmeertalent beschikbaar?
Zuid-Afrika staat bovenaan, gevolgd door Nigeria, Egypte, Kenia, Marokko, Tunesië, Ghana, Algerije en Oeganda. Al deze negen Afrikaanse landen beschikken over meer dan duizend geregistreerde Github-gebruikers. In Zuid-Afrika zijn dat er 12.000, in Egypte en Nigeria rond de 10.000 al zijn dat ook landen met veel inwoners. Relatief bekeken hebben Mauritius, Tunesië en Zuid-Afrika het meeste softwareontwikkelaars, gelet op het feit dat zij minder inwoners tellen.
2. Welke taal spreken ze?
Van de zestien voor softwareontwikkeling belangrijkste landen van Afrika zijn er tien waar het Engels als officiële taal geldt. Een land als Senegal doet het, volgens de EF English Proficiency Index, het best van alle landen waar Engels niet als officiële taal geldt. Een ander verhaal is het in (Franstalige) landen als Algerije, Marokko en Tunesië. Daar geldt het niveau van Engels als beginnersniveau.
3. Hoeveel verdienen Afrikaanse softwareontwikkelaars?
Er zijn grote verschillen in het (maand)salaris in Afrikaanse landen. In Zuid-Afrika verdienen softwareontwikkelaars het meest (iets meer dan 2.000 dollar), gevolgd door Mauritius (zowat 1.200 dollar), Marokko (ongeveer 800 dollar) en Kenia en Zimbabwe (allebei rond de 700 dollar). In landen als Kameroen, Nigeria, Oeganda, Egypte en Senegal verdien je als programmeur het minst: telkens iets minder dan 500 dollar.
4. Hoe zit het met het bedrijfsklimaat?
Vaak is het: hoe meer ontwikkelaars verdienen, hoe beter het klimaat om zaken te doen in het land. Landen als Rwanda, Uganda, Egypte en Tunesië hebben volgens Tunga dan weer een aantrekkelijk (en dus laag) salarisniveau ten opzichte van hun bedrijfsklimaat. Het klimaat is het minst goed in landen als Algerije, Kameroen en Ethiopië.
5. Waar groeit het tech-ecosysteem het hardst?
Hiervoor kijken we naar het aantal aan zogenaamde tech-hubs, die vaak een katalysator zijn voor de ontwikkeling van lokale software. ‘Het aantal en hun groeipercentage zijn daarom een sterke indicator voor het toekomstige potentieel van de lokale gemeenschap van ontwikkelaars’, klinkt het bij Tunga.
De meeste tech-hubs zijn er (logischerwijs) in de landen met het meeste ontwikkelaars: Zuid-Afrika staat bovenaan, gevolgd door Nigeria en Egypte, waarbij Nigeria het snels groeit. Al is de algemene toename opmerkelijk. ‘Een jaar geleden beschikte Afrika over 442 technische hubs, vergeleken met 314 midden 2016.’
6. Welke frameworks en programmeertalen?
Afrikaanse ontwikkelaars zijn vooral gespecialiseerd in mobiele- en Webapplicaties. Als het om frameworks gaat hebben ze AngularJS, Android, Django, Node.js, .NET en React.js het meest onder de knie. Een omgeving als iOS staat minder hoog op de lijst.
Inzake programmeertalen gaat het in eerste instantie om Javascript, PHP, Java, Python en JQuery. De eerder klassieke programmeeromgevingen als C of C++ zijn veel minder van tel.