ING kampt met ‘onverantwoord grote’ automatiseringsproblemen. Dat schrijft De Tijd op basis van berichtgeving in Het Financieele Dagblad. Die krant kon interne documenten van de bank inkijken. Vooral bij ING België lijkt een en ander mis te lopen.
Voor zijn interne doorlichting gebruikt ING scores van 1 tot 4, waarbij 1 het beste cijfer is. Begin dit jaar haalde ING België een score van 3. Sindsdien is dat cijfer wel wat verbeterd, tot gemiddeld 2,5, maar is het nog altijd verre van schitterend.
ING is volop bezig om zijn Belgische en Nederlandse it-systemen te laten samengaan. Topman Ralph Hamers krijgt daarbij de kritiek dat hij, om ING naar de digitale voorhoede te katapulteren, al te voortvarend te werk gaat.
ING zelf zegt dat de beoordeling die bij een interne risicometing gebruikt wordt altijd strenger is dan wat de eisen van de toezichthouder zijn. Daarom liggen de cijfers zo laag. De bank zou naar eigen zeggen nog altijd ruim binnen de normen van de toezichthouder zitten.
De uitleg stelt de vakbonden echter niet helemaal gerust. Volgens vakbondsafgevaardigden gaat het allemaal te snel. ‘We willen vooral niet meemaken wat deze week in Nederland is gebeurd’, zegt een vertegenwoordiger. ‘Om de regelgeving strikt te volgen en alles goed te laten draaien heb je degelijke systemen en voldoende mensen nodig. Dat ING in Nederland een monsterschikking moest treffen, is deels te verklaren door te kleine bemanning van sommige diensten. Die bezetting begint ook een aandachtspunt te worden in België.’
ING betaalde vorige week een schikking van liefst 775 miljoen euro om een rechtszaak af te kopen. Het bedrijf zou jarenlang nauwelijks wat ondernomen hebben om verdachte geldstromen op te sporen en te melden.
Vorige week kondigden ook Johan Kestens en Peter Jacobs, de respectievelijk leiders van de Belgische en Nederlandse it-afdelingen van ING, aan dat ze opstappen. Jacobs stelt echter dat het vertrek niets te maken heeft met de doorlichtingscijfers die nu bekend werden. Volgens hem zou het interne rapport ook ‘overdreven zijn om managers aan te sporen beter hun best te doen’.