Ja, artificiële intelligentie (ai) ofwel kunstmatige intelligentie gaat in de toekomst jobs vervangen. Ja, we zijn tot vandaag de dag niet voorbereid op het volledige potentieel van artificiële intelligentie. Maar neen, we moeten er geen schrik van hebben. Integendeel, het is juist iets wat we moeten omarmen.
Kinderen die vandaag naar de lagere school gaan, oefenen later in 65 procent van de gevallen een job uit die momenteel nog helemaal niet bestaat. We kunnen het tijdperk waarin we nu leven gerust vergelijken met de tijd van de industriële revolutie of met de opkomst van de computer in de jaren tachtig. Ook toen was doemdenken de norm, achteraf volledig ten onrechte. Natuurlijk gaan er bepaalde type jobs verdwijnen, maar dat betekent ook dat er nieuwe functies ontstaan en dat we nieuwe manieren gaan bedenken om ai in zowel ons persoonlijke als in ons professionele leven te integreren.
Zover staan we jammer genoeg nog niet. Het is essentieel om kinderen al op jonge leeftijd kennis te laten maken met technologie. Want hoe kunnen we het volledige potentieel van ai benutten als onze educatie daar nog niet op afgestemd is? Hoe kan je verwachten dat bedrijven volop mee zijn als scholen en studierichtingen dat nog niet zijn? Hierbij is een cruciale rol weggelegd voor it-bedrijven. Zij moeten het voortouw nemen. Dat kunnen ze bijvoorbeeld doen door naar scholen te gaan en leerlingen kennis te laten maken met de technologie van morgen, maar evengoed door scholen tools te geven waarmee leerlingen zelf aan de slag kunnen.
Bloodhound-project
Een project van morgen dat naar scholieren trekt, is het Britse Bloodhound-project. In de praktijk bouwt het Bloodhound-team een supersonische bolide waarmee het ’s werelds snelheidsrecord over het land wil opeisen met een topsnelheid van 1700km/u.
Wat dit project extra speciaal maakt, is het feit dat Oracle, partner van het Bloodhound-project, de data onder de motorkap deelt met zesduizend scholen wereldwijd. Zo leren ruim twee miljoen studenten op een interactieve manier over robotica, programmeren en aerodynamica. Die schat aan informatie is essentieel om studenten te laten zien hoe technologieën en diensten vandaag hand in hand gaan, en wat het werk van wetenschappers, ingenieurs en programmeurs in de praktijk juist inhoudt.
‘Stem’ voor iedereen
Ook overheden zien dat in. Regeringen wereldwijd leggen nu steeds meer nadruk op ‘Stem’, een Engels acroniem voor science, technology, engineering en mathematics. Ook de Vlaamse regering heeft een ‘Stem’-specifiek actieplan opgesteld om carrières in wiskunde, exacte wetenschappen en techniek te stimuleren via onderwijs. Niets te laat, want aan ‘Stem’-gerelateerde vakken kleeft nog te vaak en ten onrechte een negatief, saai label.
In technische opleidingen blijft ook diversiteit een groot probleem. Daarom is het aan de ene kant goed dat een tv-show zoals The Big Bang Theory zo’n groot succes is, maar aan de andere kant is die serie op zijn beurt een stereotypering waar we net vanaf moeten. De geek die niet vanachter zijn computer weg te sleuren valt, spreekt niet aan en helpt niet aan de bewustwording dat technologie voor iedereen toegankelijk is. Pas als ‘Stem’ en moderne technologieën onderdeel worden van het alledaagse leven, zullen steeds meer mensen inzien dat ai geen reden is tot paniek.
Klaar voor de toekomst
Dus ja, sommige jobs gaan vervangen worden door robots. Het is niet de eerste keer dat het professionele leven een switch meemaakt, en het zal zeker niet de laatste keer zijn. Tijdens de industriële revolutie zorgde de komst van de stoommachine er ook voor dat er sneller gewerkt kon worden en dat de mens zich kon richten op andere zaken.
Die switch is slechts een stap in het proces om ai te omarmen. Bedrijven, overheid en onderwijs hebben de belangrijke taak om werkkrachten te hervormen zoals in het verleden al vaak gebeurd is. We moeten de goudmijn die ai kan zijn daarom niet zien als vloek, maar omarmen als een zege.