Ik heb deze Paasvakantie (onder meer) doorgebracht met een boek. Meer bepaald ‘The One Device’ van Brian Merchant. In het Nederlands onlangs vertaald naar ‘Het Almachtige Apparaat’. Een boek over de verborgen geschiedenis van de iPhone. Een turf van 416 pagina’s over techniek en innovatie.
Het is niet het eerste boek over de iPhone, maar volgens mij wel het meest complete. Brian Merchant ontmantelde iPhones, sprak met personeel in Silicon Valley, bezocht mijnen in Bolivia en de iPhone-fabriek in China. En dat allemaal voor het ‘almachtige apparaat’ dat de wereld veranderde.
Om die almachtigheid te benadrukken, is het boek over de iPhone verpakt in een witte doos die als twee druppels water lijkt op de doos waarin Apple zijn iPhone/iPad zelf verpakt. Dat is marketing, en niet onbelangrijk voor de iPhone. Deze zaken leerden we zoals bij:
1. De verkoop
In 2016 maakte Apple-expert Horace Dediu een overzicht van de bestverkochte producten aller tijden in alle categorieën. De meest succesvolle auto bleek de Toyota Corolla (43 miljoen verkocht) en de best verkochte gameconsole is Sony Playstation met 382 miljoen stuks. Meest verkochte boekenreeks: Harry Potter met 450 miljoen boeken.
De iPhone: een miljard. Hiermee is het niet alleen best verkochte telefoon, maar ook bestverkochte camera, -videoscherm, -computer, en dus best verkochte product ooit. In de wereld van verkoop is de iPhone een mijlpaal. Gebruikt in de VS in 2007 van alle inwoners 10 procent een smartphone, dan was dit in 2016 mede dankzij de iPhone, al opgelopen tot 80 procent.
2. De geslotenheid
Slechts weinig gebruikers zien de binnenkant van hun iPhone en dat is bewust. Apple heeft liever niet dat je zelf je telefoon open maakt. ‘Als je mensen toestaat om aan je ontwerpen te rommelen, geef je eigenlijk toestemming de boel kapot te maken’, was de leuze van Steve Jobs. Volgens een Apple-hersteller, in het boek aan het woord, beseffen heel wat gebruikers net door die geslotenheid niet eens dat de iPhone een batterij heeft.
Een van de manieren waarop Apple er in is geslaagd om het meest winstgevende bedrijf ter wereld te worden, is om je overal buiten te houden. Dat geldt voor de toestellen zelf, maar ook in hun communicatie en als interne regel: Apple-medewerkers hebben een strikte geheimhoudingsplicht over hun producten.
3. De winst
De iPhone is het meest winstgevende merk ter wereld, net boven de sigaretten van Marlboro. De winstmarge loopt op tot 70 procent met een minimum van 41 procent. De Apple Store bevat gemiddeld de meest winstgevende vierkante meters van alle detailhandels.
4. De impact
De iPhone is ook het product waar het meest naar wordt gestaard: ongeveer elf uur per dag gemiddeld. ‘Het komt zo goed als nooit meer voor dat we voor een nieuw product kiezen dat we altijd bij ons hebben’, aldus product historicus Jon Agar in het boek.
5. De pionier
De iPhone wordt vaak afgeschilderd als de eerste smartphone, mede door de doorgedreven touchbediening. Maar de Simon, ontwikkeld door IBM, had in 1993 ook al een touch screen aan boord, net als een gps en maps. Er werden er vijftigduizend van verkocht, waarna het werd afgevoerd. Het concept werd eerder ook al aangeboden aan Motorola, maar die hun antwoord was duidelijk: ‘Wij zien dit rammelende idee niet zitten’.
6. De uitvinder
Velen denken dat Steve Jobs de iPhone heeft uitgevonden. Dat is logisch: zo verschijnt zijn naam, doorgaans als eerste, op Apples belangrijkste patenten voor dit apparaat. De waarheid is echter dat het aandeel van Jobs maar heel gering is. Het was zijn uitgebreide (en anonieme) team dat ervoor zorgde dat de wereld het ding wilde hebben. Jobs vond de mogelijkheden rond multi touch (dat swipen, pinnen en zoomen mogelijk maakt) eerst maar niets. ‘Kom terug als je iets beters hebt’, beet hij een medewerker naar verluidt toe tijdens een eerste demo.
Veel uitvindingen gebeurden bovendien lang van tevoren. Hoewel Steve Jobs openlijk rondbazuinde dat multi touch een uitvinding was van Apple, werd het jaren eerder al ontwikkeld door pioniers op uiteenlopende locaties: van het Cern in Zwitserland tot de universiteit van Toronto.
7. De telefoon als killer app
Een eerste iPhone-achtig product werd binnen Apple aanvankelijk ontwikkeld voor iets wat leek op de voorloper van de iPad. Het idee van de telefoon kwam pas later, op bevel van Steve Jobs zelf. Vervolgens werkten twee teams los van elkaar aan het prototype van de iPhone. Tijdens de befaamde presentatie van het eerste toestel in 2007 schreeuwde Jobs ook uit dat dé killer app van zijn nieuw product simpelweg de telefoon was.
De eerste iPhone kostte 499 dollar en kon aanvankelijk enkel via AT&T worden besteld, in ons land kon dat later via Mobistar (nu Orange). De toenmalige Microsoft-baat Steve Ballmer deed alvast erg smalend over het toestel en vooral diens prijs: ‘Dit moet de duurste telefoon ooit zijn’.
8. De transistors
De eerste iPhone bevatte qua processor ongeveer 137 miljoen transistors. De iPhone 7 uit 2016 had er al 3,3 miljard.
9. Every breath you take
Een weetje: motion trackers en chips, als de behoorlijk efficiënte M7 in de iPhone, kunnen je bewegingen en stappen registreren, zelf nadat het toestel is uitgeschakeld en de batterij leeg is.
10. De materialen
Een doorsnee iPhone bestaat uit 24 procent uit aluminium, het belangrijkste materiaal. Daarnaast zijn koolstof, ijzer en zuurstof meest aanwezig. 6 procent is silicium en 3 procent wolfraam. Er zit ook goud in je iPhone, al is dat heel beperkt: 0,01 gram, maar zelf dat kleine aandeel is goed voor de helft van de waarde van alle materialen.
Voor elke iPhone moet overigens 34 kilo erts worden gedolven. Dat betekent dus dat voor de productie van alle iPhones tot dusver al 34 miljoen ton erts werd gedolven. Overigens is elke iPhone ook goed voor 100 liter water.
11. De werkomstandigheden
Die blijken niet voor iedereen altijd even aangenaam. In het boek wordt een bezoek gebracht aan de mijn in Cerro Rico in Bolivia die onder meer het noodzakelijke tin voorziet voor de iPhone. Mijnwerkers, die er net als honderd jaar geleden met pikhouweel aan de slag zijn, hebben door stoflongen een gemiddelde levensverwachting van veertig jaar. Op een goede dag verdienen ze maximaal vijftig dollar.
Bekender zijn de verhalen uit de Foxconn-fabriek waar het leeuwendeel van de productie van de iPhone gebeurt en 1,3 miljoen medewerkers aan de slag zijn, wat het de grootste elektronicaproducent te wereld maakt. Aan sommige gebouwen hangen netten om zelfmoorden tegen te gaan. Om het toenemend aantal zelfmoorden tegen te gaan, moesten werknemers een verklaring tekenen dat zij geen zelfmoord gingen plegen…
12. De camera
De eerste camera in de eerste iPhone uit 2007 was goed voor 2 mega-pixel. Apple en Steve Jobs vonden de camera in dat eerste toestel niet zo belangrijk, ook omdat hun budget beperkt was. De camera werd uiteindelijk vooral ingebouwd omdat concurrenten dat ook deden. In de aankondiging van de allereerste iPhone werd de camera maar amper vermeld.
Vandaag bestaat de cameramodule van een iPhone uit tweehonderd onderdelen en zijn bij Apple achthonderd mensen voltijds aan de slag om de camera te verbeteren. De iPhone pikt ook steeds meer marktaandeel in van ‘echte’ camerafabrikanten als Canon, Nikon of Panasonic.
13. De apps
De eerste iPhone bestond uit zestien apps. Er was nog geen App Store en Steve Jobs heeft die tijdlang bewust tegengehouden. De topman had schrik dat externe apps het toestel zouden doen crashen zodat telefoneren niet meer mogelijk was. Iets waar hij zelf overigens heel gevoelig aan was: flink wat gsm’s heeft Jobs tijdens zijn leven vernield door ze na crash of slechte ontvangst weg of tegen een muur te gooien.
Pas maanden later, en om van het aanhoudende gezeur van Apple-ontwikkelaars af te zijn die web-apps maar niks vonden, ontstond de App Store. Vandaag worden er vanuit deze store twee miljoen apps aangeboden. Of hoe zelf Steve Jobs de hele app-economie, met huidige namen als Uber en AirBNB, danig heeft onderschat. Het werd uiteindelijk de echte killer app.