Als dé trend in it-land, kunnen we al enkele jaren niet meer om de cloud heen. Waar gaat het naar toe? Wat zijn de grote trends? En hoe ziet de toekomst eruit? Debatteerden mee met Computable-hoofdredacteur William Visterin: Peter Witsenburg, analist en ondernemer bij Cloudmakelaar, Ruben Vander Stockt, custom engineer Google Cloud en Francis Werquin, sales leader IBM Cloud.
Om te beginnen, stellen we natuurlijk de obligate vraag: waar staat België qua cloud-adoptie en hoe verhouden we ons tegenover andere Europese landen? ‘We zitten nu op een tipping point’, zegt Witsenburg. ‘Ongeveer 56 procent van de Belgische bedrijven gebruikt SaaS-apps en één op vijf is een cloud-app. De adoptie van de cloud zit dus stevig in de lift.’
‘Als je Nederland en Zweden even buiten beschouwing laat, zien we bij veel bedrijven toch een sense of urgency’, aldus Vander Stockt. ‘Er is veel disruptie, er zijn veel challengers…er moet snel gereageerd worden. Vaak zien we dat zaken eerst lokaal, in een beperkte omgeving worden uitgerold om daarna breder in bedrijven te worden toegepast.’
‘Ik denk dat we zeker niet achterlopen’, pikt Werquin in. ‘Ongeveer de helft van het it-budget is nu voor de cloud en we denken dat dit naar 70 procent gaat stijgen. In het noorden lopen ze nog wat voor op België, maar tegenover Zuid- en Oost-Europa doen wij het een stuk beter.’
Nieuwe manier van werken
België doet het zeker niet slecht qua cloud-adoptie. Welke plannen hebben onze gesprekspartners dan specifiek voor ons land? ‘Het komt er nu vooral op aan om bedrijven te helpen om een nieuwe manier van werken te adopteren’, zegt Werquin. ‘We zagen eerst een trend naar IaaS, daarna PaaS en SaaS. De ontwikkeling van apps moet sneller en die moeten ook sneller geïncorporeerd kunnen worden. De oude en nieuwe manier van werken combineren, dat is soms nog de uitdaging. Daarnaast is er natuurlijk het hele GDPR- en privacy-verhaal. Dat we een contract met de EU hebben gewonnen rond hun cloud-offering bewijst dat we dat echt wel serieus nemen.’
‘Voor ons is het tweeledig’, zegt Vander Stockt. ‘Technisch gezien investeren we heel veel in België in ons datacenter in Bergen, waar we recent een bijkomende investering aankondigden van een derde datacenter ter waarde van ongeveer 250 miljoen euro. België is wat dat betreft echt wel een hub voor ons. Commercieel gezien gaan we nu veel voor grote dataprojecten. Data wordt steeds belangrijker. Die focus is onmiskenbaar: het analyseren, consolideren en analyseren van data is enorm belangrijk geworden. We zien ook een grote interesse in alles wat in de containersfeer zit. Terwijl je in de cloud vaak nog alles zelf moet beheren, kan je in de container functionaliteit en applicaties loskoppelen.’
De markt voor cloud lijkt zowel te groeien als te consolideren. Het lijkt erop dat de IBM’s, Google’s en Amazons het pleit al gewonnen hebben. Klopt die perceptie? ‘Ondanks dat hier twee charmante buren zitten, moet ik toch zeggen dat Microsoft momenteel de grootste mogol is’, lacht Witsenburg. ‘Zij hebben 37 procent, vooral dankzij Office. Maar het is zeker zo dat public cloud aan belang wint ten opzichte van de private cloud. De private aanbieders moeten dus vindingrijker worden. Public cloud aanbieders moeten nog wel goed rekening houden met GDPR.’
Juridisch aspect
Het juridische aspect is nog zo’n heet hangijzer in de cloud. Is dat nog altijd zo? ‘In onze gesprekken met bedrijven komt het legal aspect heel snel in beeld’, zegt Vander Stockt. ‘Nu er met GDPR een set regels is voor heel Europa, speelt dat in ons voordeel. Onze policy is glashelder: Google is processor, geen controller. Die discussies zijn dus meestal ook snel voorbij.’
Ook IBM ziet sinds kort (een of twee jaar) de vraag naar puur Belgische cloud-oplossingen afnemen, aldus Werquin. ‘Alleen in heel specifieke gevallen als ziekenhuizen gebeurt het soms nog. Anders hoeft het niet meer, want de regels zijn gezet voor heel Europa.’
Ook qua standaarden zien de grote aanbieders dat klanten er steeds minder van willen afwijken. De reden laat zich snel raden. ‘Standaardoplossingen betekent lagere kosten’, zegt Werquin. ‘Willen klanten customizen, dan kan dat, maar daar staat wel een kostenplaatje tegenover. Ga je voor standaardoplossingen, dan is het goedkoper en makkelijker schaalbaar.’
Drie stellingen
Als uitsmijter schotelden we onze panelleden nog enkele stellingen voor. In hoeverre onderschrijven zij deze?
1. De cloud is dood, Edge is de toekomst!
‘Dat is een trend die we sterk vanuit de VS zien opkomen’, zegt Witsenburg. ‘Het heeft onder meer te maken met de opkomst van het IoT, met ontelbare sensoren die online gaan komen en die zo’n laag mogelijke latency moeten krijgen en korter bij de klant betekent meestal een snellere respons, met een black box aan de rand van het net en gateways om hem op te vangen. Ik zie vooral een golfbeweging ontstaan. In de jaren zestig had je de gecentraliseerde mainframe, in de jaren tachtig de gedecentraliseerde pc, nu zitten we weer in een gecentraliseerd verhaal met de cloud en Edge is misschien daar inderdaad weer een gedecentraliseerde reactie op.’
Ook bij Google zien ze de golfbeweging hangen, zegt Vander Stockt. ‘Van colocatie in de nineties over de lift and shift-cloud met virtuele machines tot cloud as a service. En api’s natuurlijk: alles wordt via api’s ter beschikking gesteld, het belang daarvan valt nauwelijks te overschatten.’
2. De cloud zal hybride zijn! (Hoe?)
‘Er zijn inderdaad heel veel soorten cloud en de grenzen daartussen vervagen, wat het er allemaal niet gemakkelijker op maakt. Hybrid kan zowel on premise betekenen als niet-on premise. Zowel private als public.’
‘Infrastructuur is belangrijker geworden dan software’, zegt Vander Stockt. ‘Productivity is onze commodity, momenteel. Voor mij ligt daar op dit moment niet zo veel focus op, het is a given geworden. Voor ons is hybrid vooral een teken van flexibiliteit. Hoe flexibel ben ik met mijn app stack en snel kan ik schakelen tussen providers?’
3. De cio wordt een cloud broker!
‘Dat lijkt me een logisch gevolg van het steeds grotere aantal aanbieders’, aldus Witsenburg. ‘Vergelijk het met nummerportabiliteit voor gsm’s. Nu goed, zo ver zijn we nog niet. Dat is niet zozeer een technisch manco, maar ligt vooral aan de organisatie. Sommige zaken zitten bij een bepaalde provider, andere bij een andere.’
‘Je mag het ook niet veralgemenen’, denkt Werquin. ‘Sommige staan er al heel ver mee, andere helemaal niet. Er komt ook nog heel veel op ons af, denk aan kunstmatige intelligentie (ai), aan quantum computing. Over vijf jaar bestaan de zaken waar we vandaag zo van wakker liggen misschien niet eens meer.’