Dominique Leroy, de ceo van Proximus, heeft vorig jaar een loonsverhoging gekregen van iets meer dan 8 procent. De verhoging komt er vooral door betalingen van uitgestelde variabele verloningen aan het begin van haar termijn.
Het jaarverslag van Proximus leert dat Leroy vorig jaar 515.108 euro basisloon kreeg. Dat is iets meer dan de 505.005 euro uit 2016, omdat Proximus de lonen geïndexeerd heeft. Het basisbedrag wordt aangevuld met bonussen die afhankelijk zijn van de prestaties van het bedrijf en deels uitgesteld worden betaald. Zo ontving Leroy vorig jaar bijvoorbeeld 59.475 euro voor haar werk in 2014, het jaar waarin ze begon als ceo.
In het salariszakje van Leroy zaten vorig jaar voor in totaal 227.195 euro aan directe en uitgestelde bonussen, 181.243 euro aan pensioenvoordelen en voordelen na uitdiensttreding en 13.357 euro aan andere voordelen. Leroy heeft een contract als zelfstandig topmanager en is dus niet onderworpen aan sociale zekerheidslasten voor werknemers. Haar contract loopt nog tot 2020.
Voor de overige directieleden moest Proximus vorig jaar een stuk minder ophoesten. Een opsplitsing per functie geeft het bedrijf traditioneel niet, maar samen kregen de overige Proximus-directeuren net geen vijf miljoen euro. In 2016 was dat nog iets meer dan zes miljoen euro. De daling is onder meer een gevolg van enkele wijzigingen binnen het uitvoerend comité.
Raad van Bestuur
Ook de leden van de raad van bestuur, die voor de helft wordt ingevuld door de Belgische staat, krijgen een vergoeding. In de raad zetelen onder meer de politici Stefaan De Clerck (CD&V) en Karel De Gucht (Open VLD).
De vergoeding van De Clerckist het hoogst omdat hij voorzitter is. Hij woonde acht vergaderingen van de raad van bestuur bij en elf bijeenkomsten van comités. Daarvoor kreeg hij 186.244 euro bruto. De Gucht volgde acht vergaderingen en twee comités en ontving daarvoor een vergoeding van 72.000 euro.