Tot ik in de ict-wereld belandde, had ik nog nooit stilgestaan bij de mogelijkheid dat je als zowat enige vrouw je mannetje moest staan in een door mannen gedomineerde wereld. Hoe je ook denkt over werken met het andere geslacht, het blijft een onnatuurlijke situatie, te vergelijken met de jongens- en meisjesscholen van weleer. Daar zijn we ook overheen geraakt, dus lukt dit ook in de ict-sector. Al wordt het geen eenvoudige opdracht.
Zelfs mijn huidige werkgever, die heel expliciet streeft naar een faire vertegenwoordiging – in elke strategische meeting moet bijvoorbeeld minstens 30 procent van elk geslacht aanwezig zijn om de genomen beslissingen te kunnen doorvoeren -, heeft nog een lange weg te gaan om een volledig evenwicht te bereiken.
Hoe krijgen we dan wel meer vrouwen geïnspireerd en geïnteresseerd om in de Iict-sector te werken? Op korte termijn zie ik hier vooral een rol weggelegd voor de vrouwen die er al aanwezig zijn: dat hun succesverhalen duidelijk maken dat het best aangenaam toeven is in deze sector. Daarom zijn we niet alleen blij met acties zoals Data News’ verkiezing van ‘the ICT Woman of the Year’ maar ook met de diverse organisaties waar vrouwelijke ict-topmanagers mee aan de kar trekken: Jump, Digital Leadership Institute of Wise (Women in ICT Sharing Experiences), om er maar enkele te nemen.
Tegelijk moeten we ook afrekenen met het cliché ‘ict = coderen + programmeren’. In de ict-sector heb je natuurlijk zulke erg specifieke functies, die minder tot de verbeelding van de gemiddelde vrouw spreken, maar het merendeel van de jobs bestaat uit algemene functies in afdelingen zoals consultancy, (product) marketing en administratie maar ook functies zoals pre-sales en sales. In zulke functies zijn vrouwen niet alleen geïnteresseerd, ze zijn er ook uitermate welkom, al was het maar om een mogelijke ‘unconscious bias’ weg te werken in menig ict-bedrijf.
Dat onbewuste vooroordeel kan op twee niveaus ontstaan. Ten eerste kan bijvoorbeeld een softwareprogramma dat enkel door mannen wordt bedacht en geschreven bol staan van mannelijke aannames en uitgangspunten waardoor de app uiterst onpopulair blijkt bij vrouwen. Ten tweede kan het gebrek aan vrouwen in een ict-bedrijf en in de ict-sector in het algemeen het cliché bevestigen dat het voor vrouwen geen aangename sector is om in te werken, los van de activiteiten in het bedrijf. Een schoolvoorbeeld van een vicieuze cirkel.
Evenwicht op de balk én evenwicht tussen IQ en EQ
Van schoolvoorbeelden gesproken: op lange termijn zullen inderdaad de scholen het voorbeeld moeten geven in het veranderingstraject dat nodig is om meer vrouwen in de ict-sector aan de slag te krijgen. En dat gaat nog heel wat verder dan de – weliswaar erg lovenswaardige – geïsoleerde initiatieven die we vandaag zien opduiken. Wat we echt nodig hebben is een ander soort onderwijs, dat eerst en vooral veel natuurlijker omgaat met de digitale hulpmiddelen die er vandaag ter beschikking zijn. Dat vergt natuurlijk een grondige herziening van de onderwijsmethodes van vandaag, met een grotere rol voor het individueel leren en interactief omgaan met de leerstof, maar het is de enige manier waarop jongens én meisjes ict leren zien als een even natuurlijk hulpmiddel als pen en papier, een hulpmiddel dat ze zelf mee vorm kunnen geven. Zo zullen ze ook beter voorbereid zijn op de bedrijfswereld van morgen (en van vandaag).
Maar daar houdt het niet bij op. Om de gelijkheid in de ict-sector en andere sectoren écht te laten slagen, moeten scholen ook veel meer aandacht besteden aan de niet-kennisgebonden vaardigheden zoals EQ, zelfvertrouwen, bewustmaking, en andere zogeheten ‘soft skills’. Onze kinderen moeten de functie van een woord in een zin leren herkennen, maar tegelijk ook de functie van een individu in een maatschappij. En ze moeten leren dat die maatschappij baat heeft bij een zo groot mogelijke diversiteit, zowel van geslacht als van ras, huidskleur, geloof en andere onderscheidende kenmerken.
Scholen moeten kinderen uiteraard kennis bijbrengen. Maar de nadruk zal steeds meer moeten liggen op het vormen van ‘complete’ personen, die een degelijke kennis koppelen aan een evenwichtige persoonlijkheid. Scholen moeten kinderen nieuwe werelden tonen, hun ogen openen voor de vele mogelijkheden in deze wereld, zowel voor henzelf als voor alle anderen. De leerlingen moeten hun evenwicht vinden op de balk in de gymles maar ook het evenwicht tussen intelligentie en emotie. Dat gebeurt niet met een eenmalige actie tegen pesten, maar enkel als aandacht voor emotie toegevoegd wordt aan die veelbesproken eindtermen.
Een ambitieuze doelstelling voor het onderwijs, en ongetwijfeld één die de nodige weerstand zal ondervinden. Maar als we de maatschappelijke relevantie van ons onderwijs zo hoog mogelijk willen houden, is deze ingreep eenvoudigweg noodzakelijk. Ik kijk nu al uit naar de dag dat ‘equality’ en ‘diversity’ niet langer moeilijk te bereiken idealen zijn, maar eenvoudigweg een verplicht vak in onze scholen.
Carmina Coenen, directeur dolution engineering bij Salesforce