Een nieuwe internationale en gevaarlijke verdeeldheid doemt op: over encryptie. Dit is de discussie-stelling die Computable-lezers vandaag krijgen voorgelegd.
De Europese Unie en de Verenigde Staten verschillen op vele vlakken van inzicht, wijsheid en handelen. Deze verschillen uiten zich ook op het gebied van ict, security en privacy. De combinatie van deze drie elementen en de samenkomst met angst voor (cyber)criminaliteit en terrorisme brengt een breekpunt. Te weten: overheidseisen voor backdoor-toegang tot beveiligde communicatie en in bredere zin data-encryptie.
Overheidsinstanties en wetshandhavers in de VS hebben hun zinnen gezet op verplichtingen voor ict-aanbieders om backdoors in te bouwen. Deze zouden dan alleen voor overheidsgebruik zijn, en dan alleen nog na het verkrijgen van opsporingsbevelen. De praktijk blijkt anders, zoals onthullingen door NSA-klokkenluider Edward Snowden duidelijk hebben gemaakt.
Recentere ict-ontwikkelingen zoals ransomwareworm WannaCry en de omstreden malware NotPetya hebben aangetoond dat overheidsgeheimen zoals 0-days en exploits niet veilig in ‘digitale staatskluizen’ liggen.
Terwijl de Europese Unie zich hard maakt voor veilige, backdoor-loze end-to-end-encryptie, schaart EU-afscheider Groot-Brittannië (GB) zich aan de zijde van de VS. Hetzelfde geldt voor Australië, dat net als GB en de VS lid is van de Five Eyes alliantie. Een cryptokloof dreigt, waarbij bepaald niet onbelangrijk is dat veel ict- en ict-securityproducten van Amerikaanse bodem komen. Wat vind jij?