Sinds enkele jaren dient zich een nieuwe goudader aan in het datacenter: hyperconverged infrastructure of kortweg hci. Traditionele namen als HPE en Netapp zien er (veel) brood in. Terwijl bedrijven als Nutanix de markt groot hebben gemaakt. Hoe belangrijk wordt hci voor een doorsnee bedrijf? We vroegen het aan de marktleider én de uitdager.
Op het eerste zicht lijkt de opmars van hyperconverged infrastructure of hci een soort van omgekeerde trend. Terwijl heel veel aandacht gaat naar de public cloud (met Microsoft Azure, Google Cloud en Amazon AWS), focust hci zich in eerste instantie op een eigen private omgeving of cloud van een bedrijf.
Daar zijn volgens Sunil Dutt, binnen Nutanix verantwoordelijk voor onder meer het verkoopkanaal in de Benelux en Noord-Europa, goede redenen voor. ‘Veel van de it-beheerders van vandaag zouden het liefst in de public cloud werken, vanwege de snelheid waarmee infrastructuur ingezet kan worden.’ Maar volgens Dutt stuiten ze hierbij op heel wat hindernissen. ‘’Compliance, privacywetgeving en securitymaatregelen zijn hierbij cruciaal. Bovendien kunnen sommige applicaties niet in de public cloud gaan, denk bijvoorbeeld aan it in productieomgevingen. Waardoor de meeste bedrijven toch vaak nog eigen on-premise infrastructuur draaien’, stelt Dutt.
Ook in een ander opzicht lijkt hci een beetje een omgekeerde trend. Dertig jaar geleden schafte de it- manager ook al alles aan bij dezelfde leverancier: computer, netwerk, opslag én applicaties. Maar door de komst van open systemen, kon hij daarna bij diverse leveranciers terecht. Sinds een jaar of tien is ook hier dus een omgekeerde beweging ingezet: de leverancier die je nu opnieuw tracht te verleiden met een alles-in-één-aanbod voor je datacenter.
Soorten systemen
Hci is dus een vervolg op een beweging die al langer aan de gang is. Om gebruikers snel de nodige systeemcapaciteit te kunnen bieden, hebben de bekende grote leveranciers van computersystemen hun bestaande computers, storage en netwerkmodellen namelijk al langer geïntegreerd in een (min of meer) kant-en-klaar systeem. En die geïntegreerde systemen gingen en gaan alle kanten uit. We zetten de belangrijkste vormen en voorbeelden op een rijtje:
• De geïntegreerde systemen zoals integrated stack systems (iss) waarbij server, storage en netwerkhardware geïntegreerd zijn met applicatiesoftware en een appliance aanbieden. Denk aan Oracle Exadata Database Machine en Teradata.
• De integrated infrastructure systems (iis), waarbij server, storage en netwerk geïntegreerd worden om in gedeelde computerinfrastructuur te voorzien, met EMC Vblock Systems en Hewlett Packard Enterprise (HPE) ConvergedSystem 700 als voorbeelden.
Beide vormen baseren zich doorgaans op bladeservertechnologie met een nauwe integratie met een storage area network (SAN) en/of een network-attached storage (NAS).
• Een laatste vorm van geïntegreerde systemen is de zogenaamde reference architecture. Hierbij gaat het om een set van hardware- en softwarecomponenten voor een geïntegreerd systeem, dat is gecertificeerd door twee of meer leveranciers. Vaak op basis van een gemeenschappelijke service en support. Het gaat hier dan om op voorhand gevalideerde en geteste ontwerpen van multivendor oplossingen. Klassieke voorbeelden zijn FlexPod van Netapp en Cisco of EMC VSPEX.
HCI: de toekomst
De absolute hype in de wereld van geïntegreerde systemen zijn vandaag de dag echter de volledig geïntegreerde oplossingen rond hci, de hyperconverged integrated systems. Daarbij wordt computing, netwerk en storage hardwarecomponenten nauw gekoppeld. Storage management functionaliteit, plus optionele mogelijkheden rond back-up, recovery, replication, deduplication en compressie worden aangeboden via een management software-laag. Opmerkelijk is hierbij dat hyperconverged infrastructuren de klassieke architectuur en -aanpak doorbreken, die zich baseert op centrale storage (zoals via een SAN of Storage Area Network) als basis voor virtualisatie.
Verschillende van die gelijke componenten kunnen in een hci eenvoudig aan elkaar gekoppeld worden om meteen de performance en opslagcapaciteit te vergroten (scale-out architecture). Klassieke voorbeelden van leveranciers en oplossingen rond hci zijn Nutanix, Scale Computing, Cisco met HyperFlex en SimpliVity dat recent is overgenomen door Hewlett Packard Enterprise (HPE).
Het marketingverhaal van deze leveranciers is vaak hetzelfde: de zogenaamde voordelen van de public cloud binnen een eigen omgeving of private cloud. Hyperconvergentie maakt het volgens hen gemakkelijker om dataverspreiding over private servers en de publieke cloud te beheren. Het gaat om een software-defined it-infrastructuur die alle elementen van een conventionele hardware-defined aanpak virtualiseert.
De voordelen van hci klinken wat dat betreft vertrouwd in de oren: minder complexiteit, een snellere uitrol en snellere uitbreiding, compacte oplossingen die ook zorgen voor efficiënt gebruik van ruimte in een datacenter.
Markt groeit fors
Marktbureaus als Gartner voorspellen alvast een rooskleurige toekomst voor hci. Zo zou twintig procent van de kritieke applicaties die momenteel worden ingezet op klassieke 3tier it-infrastructuur in 2020 overgaan naar hci. Een aardverschuiving lijkt dat alvast niet. Maar dat komt ook doordat de systemen die vandaag in het datacenter staan, zich vaak baseren op de traditionele legacy, en nog eerder geïsoleerd werken.
Toch is de groei indrukwekkend. De onderzoekers van IDC hebben het over een verdubbeling van de hci-markt in vier jaar: van 1,3 miljard dollar in 2016 naar 2,6 miljard dollar in 2020. Het zijn bedrijven als SimpliVity (nu dus HPE) en (vooral) Nutanix die de hci-markt hebben groot gemaakt. Beide ondernemingen zijn volgens Gartner momenteel goed voor 70 procent van de hci-markt.
De opmars blijkt ook in de financiële markten. Zo was een bedrijf als Nutanix vorig jaar een van de weinige beursintroducties van techbedrijven in de VS. In ons land heeft het bedrijf onder meer ABInBev, Barry Callebaut en Kinepolis als klant. ‘Wij hebben een vijftal jaar geleden een revolutie gestart in het datacenterlandschap’, beweert Dutt. De cijfers van Nutanix en groeivoorspellingen van analisten trokken alvast de aandacht. ‘Na enkele jaren weerstand te hebben ontvangen van de gevestigde, ‘traditionele’ infrastructuurleveranciers, zijn deze inmiddels allemaal overstag gegaan’, stelt hij. ‘Hyperconverged infrastructuren zijn in korte tijd gemeengoed geworden in het datacenter.’
Tweede golf: cloud in a box
Dat bij de infrastructuurspelers vandaag iedereen voor hci gaat, blijkt ook uit recente aankondigingen. Een partij als Netapp lanceerde enkele weken geleden zijn eerste hci-oplossing die integratie biedt met Data Fabric, NetApps blueprint voor de uitwisseling van data. Kern van hun hci-oplossing baseert zich op Solidfire, de flash-specialist die ongeveer twee jaar geleden werd overgenomen door NetApp. ‘Maar we willen met onze oplossingen een antwoord bieden op de beperkingen die we vaak zagen bij de hci-oplossingen van het eerste uur’, beweert Peter Wüst, director emerging solutions & innovations bij NetApp in EMEA.
Volgens hem is er dan ook veel verschil tussen de hci-oplossingen van de eerste generatie en de volgende generatie. ‘De eerste generatie baseert zich qua prestaties op single workload met server- en desktopvirtualisatie als typische gebruiksvoorbeelden’, vertelt hij. ‘Bij de volgende generatie van hci zijn workload consolidation en multi-hypervisor de ordewoorden voor respectievelijk performance en management van de hci’, aldus Wüst. ‘Het gebruik gaat in deze tweede generatie naar toepassingen als databases en naar gebruik als echte cloud in a box. Dit kun je zien als de on premise-versie van de infrastructuur die Amazon met AWS in de public cloud biedt. Wij willen de markt beconcurreren met deze tweede generatie van hci. Dit wil hij doen met een Netapp-oplossing die overigens na de zomer op de markt komt.
Gebruik alsmaar breder
Dat is ook het absolute idee achter hci: de lokroep naar een volwaardige cloudervaring. ‘Hci is slechts een tussenstation op weg naar het einddoel: de ontwikkeling van een volledig zelfregulerende enterprise cloud’, meent Dutt van Nutanix. ‘Hiermee bedoel ik een infrastructuur die dezelfde ervaring biedt als een public clouddienst. Denk daarbij aan zaken als self service, pay-as-you-go en verregaande automatisering.’
Ook hij ziet het hci-gebruik hierdoor alsmaar breder evolueren. ‘Of het nu gaat om het optuigen van een vdi-omgeving (virtual desktop infrastructure), het uitrollen van een databaseserver of het in productie nemen van een nieuwe webapplicatie, vanuit één interface moeten de onderliggende infrastructuur en het netwerk te orkestreren en customizen zijn’, vindt hij. ‘Hci is bij dit alles de noodzakelijke bouwsteen van de enterprise cloud. Straks hebben alle bedrijven hyperconverged infrastructuren staan. Maar de bedrijven die het verschil maken, hebben hun it draaien in een enterprise cloud.’
Hybrid cloud
Betekent dit dat de andere vormen van convergentie afgedaan hebben? Niet echt. Volgens Peter Wüst van Netapp hebben ook de andere categorieën van geïntegreerde systemen zeker nog een toekomst.
Zelf oordeelt Wüst dat bijvoorbeeld de categorie van de reference architectuur nog verder zal groeien. ‘Ze biedt meer flexibiliteit en kan momenteel ook een grotere set aan workloads aan, zoals voor belangrijke applicaties voor een bedrijf. Ik denk dan onder meer aan analytics’, zegt hij. “Daar staat dan wel tegenover dat hci eenvoudiger is in gebruik en meer geïntegreerd. Maar beide concepten hebben een toekomst. De ene sluit de andere niet uit. Ten slotte meent de innovatiedirecteur dat de integratie met public clouddiensten nog meer aan belang zal winnen. ‘De toekomst van it zit tegelijk in on premise én in off premise tegelijk. De toekomst zit in de hybrid cloud.’