Wat heeft die man in zijn vorig leven uitgevreten dat ie overal in de kelders moet duiken? Die gedachte bekruipt me telkens als ik zowat om de twee, drie jaar, meestal rond 10 uur, een vijftigjarige blanke man aan mijn deur hoor bellen.
Hij knikt kort, zegt dat ie voor de meterstand komt, zet een stap binnen en volgt me dan zwijgend naar de keldertrap, een zaklamp in de hand. Hij is bijzonder efficiënt (nooit is het een vrouw), tikt in een recordtempo de cijfers in en nog geen vijf minuten later snelt ie opnieuw de trap op, het huis uit. Twee dagen later krijg je een factuur, ook in een recordtempo, met de mededeling om het nog verschuldigde bedrag binnen de twee weken te betalen. En ook al heb je dan minder verbruikt dan vorig jaar, toch moet je telkens bijbetalen.
Deze man verliest straks zijn job, genoeg in kelders gekropen, in de krochten van de Belgische lintbebouwing. Zou hij nog verbaasd zijn over wat er allemaal opgestapeld ligt in het ondergrondse? Zou hij nog opkijken van de rommel? Zou hij ’s avonds tegen zijn vrouw vertellen wat hij gezien heeft? Of zwijgt hij, net zoals bij z’n ‘klanten’. Straks mag hij op pensioen, of krijgt hij een interessantere job, wie weet.
2,7 miljoen slimme meters
Energieminister Bart Tommelein wil immers vanaf 2019 slimme meters installeren in de zowat 2,7 miljoen huizen in Vlaanderen. Dat kost geld, veel geld. Volgens een studie van de Vreg uit 2008 gaat het om 389 miljoen euro. Dat werd later ‘verfijnd’. De eindgebruiker zou er jaarlijks 27,95 euro meer moeten voor betalen. Vindt u dat ook geen vreemd bedrag: 27,95 euro? Wie rekent dat uit? Waarom geen 28 euro? Klinkt misschien beter, net zoals tijdens de solden.
We hebben al zowat de duurste energiefacturen in Europa, komt er nog wat bij. We zijn dan ook bij de laatsten om slimme meters te installeren. En paradoxaal is dat misschien een goede zaak zodat we kunnen leren uit de fouten van de voorlopers. In zijn conceptnota schrijft Tommelein dat de eindgebruiker dank zij de slimme meter meer inzicht zal krijgen in zijn gebruik, zal zien waar hij kan besparen en dus meer grip zal krijgen op z’n energiekosten. Of de energiefactuur in de toekomst zal dalen, is echter zeer de vraag. Experten wijzen erop dat dit een fabeltje is. Op termijn zal het nog verdubbelen.
Privacy blijft heikel punt
Maar de vraag is of de slimme energiemeters met de huidige functionaliteit wel slim genoeg is. Voor de eindgebruiker zal het de eerste jaren niet veel opleveren, ook daarover zijn experten het eens. Meer nog, nieuwe technologische oplossingen zoals bijvoorbeeld Nest of chip- en appgebaseerde producten zullen ervoor zorgen dat je onafhankelijk van de energiemeter het precies verbruik zal kunnen aflezen van elke toepassing. Goedkoper en efficiënter.
Privacy blijft natuurlijk een heikel punt. Zo vindt Google, de eigenaar van de slimme thermostaat Nest, dat de data van u en mij ook eigendom zijn van Google en niet van Engie bijvoorbeeld. Of we Google minder (of meer) vertrouwen dan Engie laat ik nog even in het midden. Google weet toch zo goed als alles reeds van ons dank zij onze zoekopdrachten, onze smartphone, streetview en straks mogelijk ook nog dank zij de zelfsturende wagens.
Slimme meters lijken dus in de eerste plaats vooral interessant voor de netbeheerders zelf die niet langer die stille vijftiger in elke Vlaamse kelder moeten laten duiken. Een forse besparing want alles wordt geautomatiseerd. Als ik niet oppas, zal ik de kelderman nog missen.