Bedrijven die de afgelopen jaren als gevolg van de kredietcrisis niet hebben geïnvesteerd in hun it-systemen, komen nu niet mee in de digitale transformatie vanwege een log en ouderwets systeem. Wat betekent achterlopen voor hun business, en voor hun klanten? Zij willen immers juist meer en meer online bediend worden. En hoe lopen bedrijven hun achterstand in?
Tijdens de crisis was met name software een van de onderdelen waarbij bespaard kon worden op herinvesteringen. Ook vervanging van hardware en devices werd op een laag pitje gezet. Waar een server voorheen vier jaar meeging, duurde het nu al gauw vijf tot zes jaar voordat deze vervangen werd. Rond dezelfde crisisperiode heeft de it-markt een grote stap gemaakt door meer webbased software- en cloudoplossingen te gaan ontwikkelen. Daarnaast zochten bedrijven de laatste jaren hun heil in klassieke private hosting-oplossingen, zoals Citrix en thin clients.
Zo konden ze werknemers toch de mogelijkheid bieden vanuit huis of op een mobiel device te werken, of klanten toegang geven tot bepaalde data. Echter, de adoptie van de cloud bleef achter. Er is daardoor een gat ontstaan: de nieuwe software van applicatieleveranciers sluit niet aan op de verouderde it-systemen die nog bij veel bedrijven aanwezig zijn. Deze bedrijven lopen tegenwoordig zo’n drie of vier softwareversies achter en werken met on-premise-software en verouderde it-infrastructuursystemen.
Klant zoekt bedrijf
Het gevolg van deze achterstand is dat bedrijven minder flexibel kunnen meebewegen met de veranderende business. Veel van die business verschuift bijvoorbeeld naar online en social media. Digitale klanten kunnen de achterlopende bedrijven vaak minder goed vinden, waardoor deze organisaties meer werk moeten verzetten om hun klanten te bereiken. Dit kost ze wat efficiency betreft meer geld.
Bovendien worden de hoge kosten van de verouderde it-systemen en de lage efficiency doorberekend aan de klant. Die hoeft daarmee echter geen genoegen te nemen. Want doordat de markt transparanter is geworden, kunnen klanten sneller en goedkoper hetzelfde of een beter product bij een concurrent krijgen.
Integratieproblemen op de loer
Bedrijven met verouderde it-systemen doen er verstandig aan de zogenaamde digitale transformatie in te zetten. Tijd voor cloudapplicaties en een ‘cloud first’-strategie dus. Maar waar moeten bedrijven op letten?
Een van de valkuilen voor veel bedrijven bij hun overstap is dat zij hun applicatielandschap en de integratievraag van bepaalde applicaties niet overzien. Welke programma’s zijn verbonden en moeten bijvoorbeeld Outlook of Word kunnen openen? Zo werkt een retailorganisatie in zijn magazijnen met scanapparatuur. De informatie uit de scanapparatuur is gekoppeld aan een achterliggend erp-systeem. Maar als het erp-systeem naar de cloud gaat, moet deze scaninformatie nog steeds worden doorgestuurd naar het erp-systeem, in dat geval naar de cloudlocatie daarvan. Hier vooraf goed over nadenken, voorkomt integratieproblemen.
Nadenken over de toekomst
Met alleen de werkende integratie zijn bedrijven er echter niet. Een digitale transformatie vergt ook een cultuurverandering, een bepaalde visie en andere manier van samenwerken. Hoe kijkt u aan tegen big data? Welke data wilt u analyseren om de business te verbeteren? Hoe gaat uw business anders werken?
Bedrijven laten zich hierin het beste voorlichten door cloudleveranciers. En snel ook. Want hoe langer bedrijven wachten met de stap naar de cloud en digitale wereld, hoe verder ze achter komen te staan.
Jos van Gaal, commercieel directeur Infra Cloud & Managed Services bij Prodware Nederland
Goed verhaal met aan beetje commercieel slot: Bedrijven laten zich hierin het beste voorlichten door cloudleveranciers. En snel ook. Want hoe langer bedrijven wachten met de stap naar de cloud en digitale wereld, hoe verder ze achter komen te staan.
Gelukkig hebben we ook nog een Wet van de Remmende Voorsprong!