Macs worden geleidelijk aan minder professioneel, ook de nieuwe MacBook Pro-modellen. Dit is de discussiestelling die Computable-lezers vandaag krijgen voorgelegd.
Apple wekt opzien met het Oled Retina-touchschermpje op zijn nieuwe MacBook Pro-modellen. Deze zogeheten Touch Bar vervangt de functietoetsen en de Escape-toets die normaliter bovenaan toetsenborden zitten. Apple’s marketingtopman Phil Schiller spreekt van 45 jaar oude technologie, die tegenwoordig niet echt algemeen gebruikt wordt door consumenten.
Sommige professionals vertrouwen echter nog wel op functietoetsen, soms met eigen sneltoetscombinaties. De contextgevoelige aard van de Touch Bar moet ook hun juist meer mogelijkheden bieden. Daarbij is ‘blind gebruik’ echter niet aan de orde door het gebrek aan feedback. Er is nu immers één glad multitouchscherm in plaats van fysieke, voelbare toetsen.
Meer ondermijnend voor professioneel gebruik van het Mac-platform is echter Apple’s focus op zijn laptops (en de dunheid daarvan). De Mac Pro uit december 2013 is niet bijgewerkt en ook de high-end 5k iMac (een jaar geleden vernieuwd) is nu overgeslagen. Daarnaast zijn zelfs de gloednieuwe MacBook Pro-laptops enigszins beperkt voor zwaar gebruik. Ze hebben namelijk maximaal 16 GB geheugen, wat al jaren het MacBook-maximum is. Bovendien valt dit geheugen niet naderhand te upgraden aangezien de modules vastgesoldeerd zitten op het moederbord. Daarnaast schakelt de MacBook Pro over op alleen USB-C poorten, wat voor bestaande randapparatuur dus adapters vereist. Apple verwaarloost pro-gebruik van Macs. Wat vind jij?