Van alle landen die ik als it-journalist heb bezocht, is China met ruime voorsprong het meest opmerkelijke. Eén vraag stond bij mijn afreis centraal: kan ik er vrij surfen en mailen? Na één week China weet ik er alles over.
‘Facebook niet, maar mailen moet wel lukken’, was het antwoord van de sympathieke communicatiedame van Huawei toen ik op voorhand vroeg of ik daar in het verre China wel mijn werk kan doen. Lees: informatie opzoeken en communiceren.
China is iets apart. Enerzijds is er kapitalisme all over the place. It, mobile en internet boomt er gigantisch. Anderzijds blijkt er inzake it en internet flink wat censuur. Uiteindelijk zag het er de helemaal anders uit toen ik er begin deze maand was.
Wi-Fi is overal
China is van origine een redelijk centraal geleid land. Dus Wi-Fi overal leek me niet evident. Ik had mezelf al voorgesteld dat ik een speciale aanvraag moest doen. Net zoals bij een visum voor journalisten die het land willen bezoeken.
Dat bleek uiteindelijk nog best mee te vallen. Over de hele stad Shenzhen duikt bijvoorbeeld gratis Wi-Fi op, en dat was ook het geval in het hotel. Dat internet was ook gewoon beschikbaar. Geen wachtwoord en zelfs geen disclaimer. Waardoor op internet geraken in Chinese steden alvast makkelijker is dan in gelijk welke Europese stad die ik de laatste jaren bezocht.
Ook het klassieke 3G of 4G blijkt, zeker in de steden, erg beschikbaar voor de bevolking. Zelfs zodanig dat een plaatselijke gids vaak bereidwillig om voor toeristen zijn mobiele verbinding op zijn smartphone open te zetten, zodanig dat zijn toestel met Wi-Fi bereikbaar is voor hen. Kortom, internet is er dus overal.
Geen Google, wel Hotmail
So far so good. Maar dan de toepassingen zelf. In China worden bepaalde cruciale websites en apps afgeblokt. Niet veel, maar wel de meest vooraanstaande. Dat betekent: geen Facebook, geen Instagram, geen Twitter, geen YouTube, geen Dropbox en vooral: geen Google. Dus geen Google search, maar ook geen Gmail of Google Agenda (wat in mijn geval behoorlijk lastig was). Een collega, die freelancer was, werkte voor zijn opdrachten alleen met een Gmail-adres en er had dus een probleem. Want die toepassing was dus totaal onbereikbaar.
In het hotel zullen ze er waarschijnlijk genoeg telefoontjes over hebben gekregen, want in elke hotelkamer vindt u een melding (‘Surf the internet instructions’) waarop staat dat al deze sites/apps op basis van ‘regulations in Mainland China’ door de overheid worden afgeblokt. Wat ik opvallend vond: Hotmail en Skype vallen niet onder die censuur. Zij kunnen wel zo gebruikt worden. WhatsApp kan ook. Net als Bing van Microsoft, maar ik had niet het gevoel dat die zoekmachine daar in mijn hotelkamer veel nuttige zoekresultaten opleverde.
Voor ons westerlingen is dat vreemd. Je kan je niet voorstellen hoe wij vandaag gewend zijn aan het gebruik van Google. Maar de Chinezen vinden het normaal. ‘Google heeft enkele jaren beslist om ons land te verlaten, dus logisch dat de site hier niet meer bereikbaar is’, zo was de laconieke reactie van onze plaatselijke gids.
Go China
Voor veel van die afgeblokte webdiensten hebben ze daar in China hun eigen alternatief. Met 1,3 Chinezen gaat het dan ook om een gigantische thuismarkt. Veel buitenlanders installeren bijvoorbeeld Wechat als alternatief voor Facebook. Chinezen propageren dat ook: ‘Vervelend dat je Facebook hier niet werkt. Maar probeer gewoon WeChat. Werkt even goed.’
Een beetje protectionisme is dus nooit ver weg. Chinezen hebben hun eigen Google (Baidu), hun eigen Facebook (Tencent en WeChat), hun eigen Samsung (Huawei), hun eigen Twitter (Weibo), hun eigen Uber (Didi Chuxing) en hun eigen Amazon (Alibaba).
Leve de VPN
Is iedereen gelijk voor de wet in China? Toch niet. Toen we tijdens een interview met een VPN van Huawei een specifieke vraag stelden over omzetcijfers, zei hij dat hij het even moest opzoeken. De man typte op zijn laptop het Google-adres in, en begon doodleuk te googlen. Toen ik hem vertelde dat ik dat opmerkelijk vond, vertelde hij dat zijn bedrijf gebruik kon maken van een soort Google enterprise account. In bedrijfscontext blijken bepaalde websites dus wel toegestaan.
Maar ook als enkeling vind je wel je weg. Zo valt de Chinese firewall vrij eenvoudig te omzeilen. Het komt er op neer om een VPN client op je toestel, in mijn geval een smartphone, te installeren. In dit geval was het de Snap VPN. Die werkte niet altijd, maar toch voldoende om de nodige mails te beantwoorden of ze door te sturen.
Kortom, af en toe is in China het behelpen qua it en internet. Er zijn (zeer) strikte regels, maar heel af en toe kleurt men wel wat buiten de lijntjes. Het was zo’n beetje zoals het plaatselijke zwembad in Shenzhen. Een badmuts is er verplicht. En bijna elke Chinees hield zich er aan. Bijna elke Chinees.