Het onderwijs heeft in ons land twee it-gezichten. Enerzijds is het voor veel scholen en hun ict-coördinatoren vooral behelpen. Anderzijds zit er veel innovatie. We overlopen telkens drie redenen waarom it in het onderwijs in ons land zowel ‘old school’ als uitermate innovatief is.
Deze week gingen veel scholen opnieuw open. Het zijn dan ook drukke dagen voor alles wat met it en het onderwijs te maken heeft. Enerzijds bewegen ict-coördinatoren hemel en aarde om hun computers en websites tijdig up and running te krijgen. Anderzijds vielen er in deze sector ook wat aankondigingen te rapen. Zo kondigde het online leerplatform Diddit, bekend van het Bingel-initiatief, deze week een uitbreiding aan.
Het geeft aan dat it in het onderwijs een vlag is die veel ladingen dekt. De sector is zowel publiek als privé. Soms behoorlijk vernieuwend, maar in andere gevallen loopt het achter de feiten aan. Een sectoranalyse in twee bedrijven met input van zowel it-ondernemers als ict-coördinatoren uit scholen:
Waarom IT in het onderwijs behoorlijk ‘old school’ is
‘Vandaag is het een hectische dag, want er gaan twee nieuwe websites van mij live. Wanneer kan ik ten laatste input bezorgen?’, zo reageert Lieve D’Helft, ict-coordinator van de Scholengemeenschap InterEssen op onze vraag naar meer informatie. Haar antwoord geeft de situatie op het terrein goed weer. Voor veel scholen en schoolgemeenschappen is het qua it vaak haasten en roeien met de riemen die ze hebben. D’Helft werkte hiervoor in de privésector onder andere bij Esso, maar we hebben niet het gevoel dat ze naar het onderwijs is gekomen om uit te bollen. Het grote enthousiasme van veel ict-coördinatoren kan echter sommige pijnpunten niet verhullen:
1. Beperkte middelen. Deze zomer raakte een studie bekend waaruit bleek dat leerkrachten tot 260 euro per schooljaar uit eigen zak betalen. Reken maar dat dit bij ict-coördinatoren vaak ook zo is. Bij een recent onderzoek van Computable.be naar marktaandelen van mobiele operatoren komt Base/Telenet beduidend vaker voor in het onderwijs dan in de andere sectoren. De reden hiervoor is dat maar weinig onderwijsinstellingen of scholen gsm’s of mobiele abonnementen voorzien voor hun personeel. In scholen geldt wel vaker de byod-aanpak. Of hoe een ict-coördinator ook een beetje een vrijwilliger is.
2. Weinig tablets (en sommige andere technologieën). Onderwijs functioneert inzake it over het algemeen vaak traditioneel. Volgens sommigen zelfs ‘old school’. Van alle sectoren in ons land komen bijvoorbeeld de meeste desktops voor binnen het onderwijs. Desktops zijn echter niet het probleem, de trage digitalisering wel. Enkele jaren geleden leek de omschakeling ingezet: minder handboeken en meer tablets op de schoolbanken. Maar vandaag zijn zogenaamde iPadscholen nog steeds een uitzondering.
Ook het fenomeen van desktopvirtualisatie is in het onderwijs van alle sectoren bijvoorbeeld het minst doorgebroken in ons land. Ook in andere it-categorieën loopt onderwijs achter. Zo is het, overigens samen met de bouwsector, de verticale markt die het meest achterblijft bij de ingebruikname van VoIP of spraaktoepassingen over dataverbindingen.
3. Hoge verwachtingen en ontevredenheid. Overigens ligt de druk niet enkel op lagere of secundaire scholen. Bijna drie op de vier studenten (73 procent) wereldwijd vindt bijvoorbeeld dat hun universiteit zijn digitale ervaring moet verbeteren. ‘Wereldwijd is er de afgelopen jaren nauwelijks geïnnoveerd in student informatie systemen (SIS)’, stelt Martien Merks, Managing Director bij Unit4, dat het betreffende onderzoek bekend maakte. Studenten in de Benelux zijn, zo blijkt uit hun cijfers, vooral ontevreden over de digitale afhandeling van collegegeld, roosterwijzigingen en het inleveren van opdrachten.
Waarom it in het onderwijs erg innovatief is
Deze voorbeelden geven één kant van het verhaal. Want er zijn ook tegenvoorbeelden en -argumenten.
1. Plaatselijke initiatieven & enthousiasme. Veel initiatieven bevinden zich op niveau van de scholen. En ze zijn er zeker: de doordachte initiatieven rond bijvoorbeeld tablets in heel wat scholen. ‘Leerkrachten die de tablet al effectief inschakelen om in te spelen op verschillen tussen leerlingen spreken zich enthousiast uit over de mogelijkheden’, zo luidt bijvoorbeeld de conclusie van een onderzoek van praktijkvoorbeelden van hogeschool PXL, dat naar eigen zeggen al in 2001 als eerste laptoponderwijs introduceerde in ons land.
2. Onderwijs al vroeg voorloper in SaaS. Er zijn it-onderdelen waar de onderwijssector wel de voortrekker in was. Cloud software of software as a service (SaaS) is daar een goed voorbeeld van. Onderwijs was in ons land de sector die, zo blijkt uit cijfers van Computer Profile, als een van de eerste echt het gebruik van SaaS wist te omarmen. Vandaag zijn bijvoorbeeld online leeromgevingen behoorlijk ingeburgerd, met name in het secundair en hoger onderwijs.
3. Belgische innovaties: twee voorbeelden. In ons land zijn er in het onderwijs diverse innovaties geweest, die zich overigens verder ontwikkelen. Twee vooraanstaande voorbeelden uit diverse hoek:
– Enerzijds zijn er Bingel en Diddit, het online leerplatform van uitgeverij Van In voor het secundair onderwijs, dat dit schooljaar bijvoorbeeld behoorlijk wordt uitgebreid. Een jaar na zijn lancering wordt Diddit al gebruikt door 54 procent van de scholen in Vlaanderen. Dat betekent dat vorig schooljaar al 36.000 leerlingen en leerkrachten gebruik maakten van het systeem. Het platform wordt nog uitgebreid, waardoor het aantal gebruikers nog zou kunnen verdubbelen.
– Een andere innovatie is Datacamp, een jong technologiebedrijf dat zich richt op het organiseren van opleidingen in data-analyse en statistiek. Het online leerplatform speelt in op het tekort aan data-analisten. Een deel, en dan vooral de beginnerscursussen, zijn er gratis. Andere betalend. ‘We zijn interactief en bieden toepassingen waarbij onze cursisten meteen en op maat feedback krijgen’, aldus Jonathan Cornelissen, medeoprichter en ceo die zelf ook cursussen verzorgt .
Opvallend is dat er bij Datacamp geen enkele lesgever komt kijken. Toch niet bij de lessen zelf, wel bij het opstellen en ontwikkelen van de cursus. ‘Door de opleidingen te automatiseren, kunnen we ze ook schaalbaar aanbieden. Dan maakt het niet uit of er duizend of honderdduizend cursisten komen opdagen’, stelt Cornelissen. De start-up uit Leuven haalde onlangs vers geld op en heeft intussen ook een kantoor in de VS. Of hoe die traditionele sector tegelijk ook razend innovatief kan zijn.