Intel heeft de mobiele revolutie gemist, maar mikt sluw op een vervolg. Dit is de discussiestelling die Computable-lezers vandaag krijgen voorgelegd.
Intel is een naam die haast als aspirine is: iedereen kent het en bijna iedereen denkt het te gebruiken. Hoezo ‘denkt’? Simpel: aspirine is een merknaam, voor een specifieke pijnstiller, maar wel eentje die zó bekend is dat hij model staat voor de hele categorie. Net zoals Intel in de perceptie van heel veel gewone ict-gebruikers gelijk staat aan ‘processor’. Een pc zonder ‘Intel Inside’ lijkt voor veel consumenten dan ook vreemd, of zelfs verdacht. Hetzelfde lijkt te gelden voor het gros van de servermarkt.
In de mobiele wereld is de situatie heel anders. Intel is met afstand een kleine speler wat betreft de rekenchips in smartphones en tablets. Dit ondanks jaren van werk en miljarden aan investeringen door Intel, die nu ingrijpende maatregelen treft en de handdoek in de ring lijkt te gooien. Toch is ‘Intel Inside’ in bijvoorbeeld de iPhone niet onmogelijk. Alleen zou het dan met een hele andere betekenis zijn; met hele andere chips. Intel zet nu namelijk fors in op aanvullende chips, zoals modemprocessors. De CPU-reus kan nog gaan meespelen op de mobiele markt. Wat vind jij?