Om een it-infrastructuur in het datacenter effectief tegen stroomuitval te beschermen, is het belangrijk om de stroomtoevoer dubbelvoudig uit te voeren. Dat lijkt eenvoudig, maar in de praktijk worden sommige onderdelen in de it-infrastructuur volgens mij nog wel eens vergeten.
Vreemde opstellingen…
De richtlijnen voor een goede, robuuste stroomtoevoer voor datacenters zijn beschreven in de TIA-942 standaard. Voor een Tier-3 datacenter als de onze stelt die standaard dat elektrische voeding voor datacenterapparatuur redundant uitgevoerd dient te worden in een A- en een B-pad. Simpel gezegd: alle apparatuur heeft twee paden en het complete datacenter kan als geheel op één van die paden draaien. Mocht er één voedingpad dus geen spanning kunnen leveren, dan ondervindt de apparatuur hiervan geen hinder omdat er gebruik kan worden gemaakt van het tweede pad.
Op zichzelf lijkt dat een heldere standaard, maar in de praktijk is dit best lastig. Wanneer ik een rondje maak door het datacenter, zie ik bijvoorbeeld dat veel apparatuur enkelvoudig is aangesloten. En dat is een risico, want enkelvoudig aangesloten it-infrastructuur kan leiden tot uitval van onderdelen. In de praktijk zie ik bijvoorbeeld dat men vergeet switches dubbelvoudig aan te sluiten. Switches beschikken slechts over één 230 Volt voeding. Vaak hebben die switches wel de mogelijk om een tweede voeding aan te sluiten, maar dan op 48 Volt gelijkspanning. Dat is in veel datacenters niet voorhanden en je zou dan een extra voeding moeten plaatsen.
Die moeite wordt meestal niet genomen. Eigenlijk zouden ze zo’n netwerkswitch uit moeten rusten met een sts, een soort schakelaar voor stroomvoorziening. In de praktijk zie ik dat zelden. Nu is dit, wanneer het gaat om colocatie, de verantwoordelijkheid van de klant zelf en er zal vast een reden voor zijn. Maar ik zou daar toch graag over van gedachte wisselen.
Slecht gezekerd
Naast enkelvoudig aangesloten switches, heb ik ook nog wel eens twijfels over de aandacht die er is voor de kwaliteit van de stroomvoorziening. Elke pdu (power distribution unit) is afgezekerd met een smeltzekering van maximaal 16 Ampère. Zo’n pdu mag uiteraard nooit beide stroompaden van één netwerkkast met it-apparatuur leveren, maar het komt in de praktijk wel voor dat een pdu meerdere netwerkkasten van stroom voorziet. De pdu levert dan de A-feed voor de ene kast en de B-feed (de backup) van de andere kast. Op zichzelf is dat prima, maar waar je dan wel rekening mee moet houden is dat over één feed maar een stroomsterkte van maximaal 8 Ampère mag gaan. Want als een pdu naast de gebruikelijke A-feed ook plotseling de B-feed moet leveren, dan mag dat niet boven de 8+8 = 16 Ampère uitkomen. Ik vraag me wel eens af of mensen daar rekening mee houden.
Kortom: hoe goed hebben jullie de it-infrastructuur opgezet en aangesloten? In het kader van groot onderhoud aan de hoofdverdeler gaan wij de netwerken van alle klanten controleren en hen vragen of dit ook bekend is. Wellicht een mooi moment voor jullie om ook eens de stroomvoorziening onder de loep te nemen.