Deze maand wordt de e-box ingevoerd bij justitie. Zo kan de federale justitie eindelijk elektronisch communiceren bij rechtszaken. De beveiliging lijkt echter volgens de Privacycommissie nog niet sluitend te zijn. Het meent dat er encryptietechnieken, zoals authenticatie, nodig zijn.
Met de projecten e-box en e-deposit wordt de eerste stap gezet naar de lang verwachte informatisering van de Belgische justitie. Via de e-box kunnen gerechtelijke instanties, advocaten, gerechtsdeurwaarders en notarissen elektronisch met elkaar communiceren. Nu gebeurt dit nog steeds op papier. Aanvullend hierop zullen alle partijen in een rechtszaak via het e-deposit-systeem elektronisch stukken en conclusies kunnen overmaken.
Authenticatie
Het systeem was voorzien om op 1 januari 2016 van start te gaan, maar volgens de Privacycommissie schiet het Koninklijk Besluit dat minister van justitie Koen Geens (CD&V) hierover opstelde tekort. De commissie geeft aan dat de beveiliging van de gegevens niet gegarandeerd is en dat er encryptietechnieken nodig zijn.
Het volstaat niet dat gebruikers zich louter identificeren. Authentificatie is volgens de commissie strikt noodzakelijk. Ook heerst er nog grote onduidelijkheid over welke gegevens zullen bewaard worden en hoelang. Eerder kwam er ook al kritiek van het College van Hoven en Rechtbanken dat e-box en e-deposit mekaar grotendeels overlappen en dat de minister de e-box beter kan schrappen.
Uitrol stapsgewijs
Minister Geens nuanceert de kritiek en heeft aangegeven dat de uitrol van de e-box deze maand nog stapsgewijs zal plaatsvinden. Er zal aan zowel de Privacycommissie als het College van Hoven en Rechtbanken, dat alle rechters in België vertegenwoordigt, bijkomende uitleg verschaft worden.
Nochtans zit ook de Orde van Vlaamse Balies met de nodige vrees. Zij hekelen de wildgroei van informaticasystemen. Deze organisatie heeft zelf geïnvesteerd in een systeem waar alle advocaten op zijn aangesloten en vraagt aan de minister om alle applicaties via webservices daarop aan te sluiten.